250316 Een visioen waar de leerlingen bij mogen zijn als getuigen.

2e vastenzondag (2025): Een visioen waar de leerlingen bij mogen zijn als getuigen.

Maggy Rubens

Openingslied 110 Bidden wij tot de levende God

Openingsgebed

Heer, maak mij niet groter dan ik ben,  
en niet te klein voor de stem, 
waardoor ik mijn naam en bestemming herken.

De apostelen hadden de heerlijkheid van Jezus niet gezien toen ze besloten hem te volgen. Wel waren zij geraakt geweest door zijn woord, maar het was slechts in zeldzame momenten, zoals in het evangelie van vandaag, dat zij oog kregen voor zijn heerlijkheid. Slechts nu zagen zij dat hij de Heer was. Het evangelie van vandaag vertelt ons deze gebeurtenis in een vreemd verhaal vol symbool geladen termen uit de Joodse traditie. 

Omdat Jezus de dreiging voelt om opgepakt en veroordeeld te worden door de hogepriesters en Schriftgeleerden, en beseft wat hem te wachten staat, beklimt hij de berg Tabor met drie van zijn leerlingen om er te bidden. Een berg is de plaats waar hemel en aarde elkaar bijna raken en is in de joodse traditie de plaats waar God en mens elkaar kunnen ontmoeten in gebed. 

Terwijl  Jezus bidt gebeurt er iets heel bijzonders, noem het misschien een visioen,  zijn gelaat begint plots te stralen en zijn kleren worden verblindend wit. Hij staat daar alsof hij al verrezen is. Het witte kleed is hier het symbool van zijn verrijzenisgestalte, zijn transfiguratie. 

Op de berg staan ook Mozes, de wetgever en Elia, de profeet. Zij spreken hem over zijn levenseinde, zijn exodus, de uittocht, die Hij in Jerusalem moet volbrengen. Zij zijn de getuigen dat Jezus, door zijn lijden en dood te aanvaarden, de Wet en de profeten vervult.

De apostelen overmand door slaap,( symbool van niets weten) zijn zich van niets bewust, zij beseffen niet wat God aan het doen is. Door zijn leerlingen in de steek gelaten, heeft Jezus, in gebed, aanvaard alleen te lijden en te sterven.  

Wanneer de apostelen ontwaken zien zij Jezus in zijn Verrijzenisgestalte, nu kennen ze hem tot in zijn diepste wezen en nu voelen zij ook, het intense geluk van Gods nabijheid. Petrus wil dit moment bewaren en drie tenten (tabernakel) bouwen maar terwijl hij nog spreekt, grijpt God al in en worden zij omhuld door een wolk, symbool voor Gods ondoorgrondelijke aanwezigheid. Zij worden bevreesd en horen een stem die zegt “dit is mijn Zoon, luister naar Hem”. De stem is hier de adem van God door wie Jezus zich zal laten leiden. De apostelen moeten dit intense moment achter zich laten en de berg  afdalen, terug naar het gewone leven, niet wetend wat hen in de toekomst nog te wachten staat.

 Lied 366. Dat wij vol stromen met levensadem.

Evangelie en Homilie.

Toen de evangelist Lucas in de jaren 70 dit evangelie schreef  trachtte hij met deze transfiguratie te verwoorden welk een overweldigende betekenis de verrezen Christus voor hem had. Christus gaf immers, ook na zijn dood, aan zijn gemeenschap van Joodse christenen de kracht om de boodschap  door te geven.

Ook bij Marcus en Matheus, vinden wij het verhaal van de transfiguratie maar alleen bij Lucas is Jezus, zoals bij elke belangrijke gebeurtenis in zijn leven in gebed. Het is in gebed dat Hij verbonden blijft met zijn vader.

In vorige vieringen in Filosofenfontein zijn er zeer inspirerende homilieën geweest over bidden. Ik denk aan een zin die mij speciaal is bijgebleven. “Bidden is de adem van ons geloofsleven.” Bidden is dus belangrijk. Maar waar halen we de zuurstof om nog te bidden? Drijft onze veranderende wereld hier in het Westen ons niet langzaam weg van God? Laten we nog toe dat er dingen zijn in het leven die we niet kunnen toetsen aan de wetenschap? Zijn er nog momenten waar ook wij, zoals de apostelen beseffen hoe belangrijk de christelijke  boodschap is ?

 Om eerlijk te zijn, als kind heb ik veel gebeden, dat hoorde zo volgens de catechismus, en mijn  godsbeeld was toen ook eenvoudig. Maar mijn godsbeelden veranderden en elk beeld moest ik weer loslaten tot er niets meer overbleef dan een oprecht vertrouwen in de boodschap van Jezus van Nazareth.

Ik weet niet hoe dat bij jullie is, maar ik voel mij bij het bidden dikwijls zoals de priester-dichter  Guido Gezelle het verwoordt : Gij bad op ene berg alleen, en…Jezus, ik en vind er geen waar ‘k hoog genoeg kan klimmen om U alleen te vinden. De wereld wil mij achterna, alwaar ik ga of sta……. Daarom vind ik op zondag samen zingend bidden en gedenken met jullie allen, die op een of andere manier de levenshouding van Jezus trachten waar te maken, een verademing.  

Bij de voorbereiding van dit evangelie las ik toevallig  een tekst van een Syrische kerkvader uit de 4de eeuw. Hij wijst, zoals de hele latere traditie het zal doen, op de band tussen gebed en ethisch handelen. Voor hem is handelen, dat voortvloeit uit gebed, het ware gebed.                                                                                      

Ik stelde mij ook de vraag of er vandaag nog plaats is voor gebed in de katholieke scholen? Ik gaf vroeger les in het secundair onderwijs en heb daar de geseculariseerde maatschappij zien binnen sijpelen. ’s Morgens bidden voor deles werd moeilijk met meer dan de helft van de leerlingen die niet meer kerkelijk waren. Nu is dat zelfs meer dan twee derde. Veel van wat wij in onze liturgie doen zou bij hen anno 2025 bijna als chinees overkomen. Is de jeugd dan nog wel vatbaar voor verdieping en zingeving? Ik heb er vertrouwen in. Maar de jonge mensen van nu zijn gevormd door een maatschappij die zoveel meer verruwd, assertief en egoïstisch is geworden. Veel leerlingen zijn opgegroeid met weinig grenzen en gekneed door de sociale media. Maar onderschat toch maar niet hoeveel er ’s morgens koud en angstig van onder het net van de nacht naar school komen. Omdat ik respect en vertrouwen had in mijn leerlingen durfde ik als leerkracht uitkomen voor evangelische waarden waar ik achter stond. Ik  vertelde hen wel eens iets uit een evangelie dat ik inspirerend vond of in de context van de leerstof bv. bij de opkomst van het fascisme in Duitsland over het verzet van iemand zoals de theoloog Dietrich Bonhöffer. Hun aandachtig en stil luisteren raakte mij. De jonge mensen van vandaag weten vaak minder goed, hoe om te gaan met emoties en moeilijke levensvragen. Maar ze zijn er niet ongevoelig voor en dat is hoopvol. Als klastitularis van een zesde schreef ik bij hun afscheid van het schoolleven een gebed. Kan ik dit gebed als slotgebed van de viering voorlezen?

Offergang

Tafelgebed  Lied 150   Die naar menselijke gewoonte…

Onze Vader  

Lied 839  Psalm 139 

Slotgebed  en Zegen

Contactinformatie

©2005-2024 Filosofenfontein

✉️   info@filosofenfontein.be

Ondernemingsnummer: 0775.603.387

Bankgegevens:"FIFO Heverlee" 

KBC: BE11 7340 3906 5848

Volg ons op Sociale media

QR Code

Door je camera op deze code te houden krijg je het adres van deze website op je smartphone of tablet. Dan kan je de hele website bekijken.