• Voor de meest recente zondagsvieringen Klik hier

Actualiteitscafé 14 november 2022

“Gij kent de geboden”, zei Jezus: “bemin uw God boven alles, en bemin uw naaste als uzelf”. Waarop de schriftgeleerde repliceerde: “Wie is dan mijn naaste?” Jezus vertelde hem de parabel van de Samaritaan die een zwaar gewonde en beroofde reiziger ter hulp snelde. Moraal van het verhaal: niet ‘wie is onze naaste?’ maar wel ‘wie is hùn naaste?’ is de relevante vraag.

vluchtelingen2.jpg

De COVID-crisis is nog niet voorbij of de instroom van vluchtelingen is opnieuw aan het pieken. Staatssecretaris De Moor verwacht dat we dit jaar (naast de ‘gewone’ migratie om economische, familiale of studie-redenen) de kaap van 100.000 aanvragen overschrijden (60.000 voor ‘tijdelijke bescherming’ en 40.000 voor asiel). Naast Oekraïners was er dit jaar een instroom van Afghanen en Burundezen, waarvan velen op de stoepen blijven slapen. De solidariteit groeit, ook in het beleid, maar ze blijft helaas erg selectief.

Joost Depotter (coördinator beleid en ondersteuning bij Vluchtelingenwerk Vlaanderen) schetste het ruimere beeld.

Vluchtelingenwerk Vlaanderen is een NGO die zich inzet voor mensen op de vlucht voor oorlog, geweld en vervolging, samen met ongeveer 40 lidorganisaties en 35 vrijwilligersgroepen. De NGO biedt juridische bijstand aan asielzoekers en erkende vluchtelingen, en ondersteunt lokale vrijwilligerswerkingen in het maatschappelijk debat omtrent migratie en asiel. Concreet is de Belgische overheid bijvoorbeeld verplicht om aan asielzoekers minstens tijdelijk onderdak te verschaffen (art.3 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens). Omdat zij die garantie niet waarmaakt is zij reeds – mede onder impuls van Vluchtelingenwerk Vlaanderen en een heel netwerk van pro deo advocaten – 4500 maal veroordeeld geweest tot het betalen van dwangsommen. Deze dwangsommen zijn tot op vandaag niet betaald geweest. Daarom wordt nu meer ingezet op ‘politieke veroordelingen’ door het Europees Hof voor de Rechten van de Mens.

De oorzaken van de ‘crisis’ - waardoor zelfs gezinnen met kinderen op straat moeten slapen - zijn deels te zoeken in het ‘jojo-beleid’ waarbij de overheid in kalmere periodes opvangcentra sluit. Bij gebrek aan 'buffer-capaciteit' kan men dan bij stijging van de instroom niet snel genoeg aan de vraag naar opvang voldoen. Wellicht wil men zelfs door deze crisissfeer en de slechte opvang bewust de asielzoekers ontraden om naar België te komen: waarom zou de politie anders opdracht krijgen om zelfs de kartonnen tenten die door hulporganisaties aan de buitenslapers gegeven worden te verwijderen en te vernietigen? Een andere oorzaak is het eindeloos aanslepen van de aanvraagprocedures (ook weer door ‘georganiseerd personeelstekort’?). Paradoxaal betekent dit ook dat de ca 50% afwijzingen met vertraging meegedeeld worden, waardoor een aantal asielzoekers te lang in België verblijven en wegen op de opvangcapaciteit.

Achter het manke onthaalbeleid schuilen nog belangrijker problemen van internationaal recht en beleid. De conventie van Genève beschermt (kort samengevat) vluchtelingen die persoonlijk vervolgd of bedreigd worden, maar er is geen rechtsgrond voor de bescherming van wie vlucht voor oorlog, hongersnood of onderdrukking – laat staan, voor klimaatverandering. Zo komt het bijvoorbeeld dat Afghanen teruggestuurd worden terwijl iedereen het ermee eens is dat het Taliban-regime onmenselijk is. Het statuut van ‘tijdelijke bescherming’ werd door de EU voor de allereerste keer uit de kast gehaald voor de collectieve opvang van Oekraïners – maar waarom bijvoorbeeld niet voor vluchtelingen uit Tigray, waar tot voor kort een even gruwelijke invasie plaatsvond? Ook binnen de EU raakt men het niet eens over een evenwichtig spreidingsplan. Moeten we dan verwonderd zijn dat extreem-rechts veld wint in de landen rond de Middellandse Zee of in de Balkan, die de grootste instroom kennen ?

Joost eindigde zijn inleiding met enkele actie-tips voor ‘gewone burgers’:

  • Steun acties van Vluchtelingenwerk Vlaanderen: materieel (van tenten tot voedsel en onderhoudsproducten), financieel, en politiek (o.a. met de petitie ‘Geen mensen op straat’);
  • Steun ook het fonds ‘Samen Gastvrij’ dat Vlaanderen-breed vrijwilligersgroepen voorziet van werkingsmiddelen voor concrete behoeften van vluchtelingen.

Na de pauze maakten we kennis met Buren Zonder Grenzen Oost-Brabant, met een aanstekelijk enthousiaste presentatie van de coördinator Andrea Bardyn. BZG is een lokaal onthaalinitiatief dat met een netwerk van vrijwilligers erkende vluchtelingen onthaalt, begeleidt en aan een woonst helpt. In principe moeten vluchtelingen immers binnen de twee maanden na hun erkenning hun opvangcentrum verlaten en doorstromen naar de private huurmarkt. In de uiterst krappe en dure huurmarkt van Leuven, waar bovendien beruchte huisjesmelkers actief zijn en de kwaliteit van huurwoningen soms erg ondermaats is, is dat een hele uitdaging! Om een woonst te kunnen huren voor een vluchtelingengezin moeten BZG-vrijwilligers (ondanks hun ‘specialiteit’) gemiddeld 10 huurgesprekken voeren. Makelaars discrimineren nog het meest. Toch boekt BZG Oost-Brabant concrete successen. De organisatie heeft een vaste kern van 6 vrijwilligers, een 30-tal buddy’s, een ‘huizenzoekteam’ en een verhuisteam. Op 6 jaar tijd hebben ze meer dan 80 woningen kunnen bemachtigen, 230 gezinnen helpen verhuizen, en 60 begeleidingen met buddy’s georganiseerd.

Orbit BzG

Foto: Orbit vzw

Buren Zonder Grenzen kan je op drie manieren steunen:

  • Als vrijwilliger (je krijgt dan uiteraard een coaching vanuit de BZG-kerngroep)
  • Als ‘solidaire verhuurder’
  • Of financieel.

Ga maar eens kijken op www.burenzondergrenzen.be !

Ook vanuit Filosofenfontein zelf waren er een drietal getuigenissen. Herman en An Wouters-Goen vertelden met een vleugje humor hoe zij hun drempelvrees overwonnen en een Oekraïens gezin onderdak boden. Je woning delen met mensen waarmee je enkel kan communiceren via Google Translate? Je badkamer en keuken met hen delen… Met hen op zoek gaan naar een appartement, en hen zien afknappen op een huurprijs die je zelf een ‘prikje’ vindt… Hen na enkele maanden uitwuiven, terug richting Kiev, en ’s anderendaags op de radio horen dat de stad met raketten bestookt wordt… Het was de parabel van de barmhartige Samaritaan die Herman en An over de streep had gehaald, maar het leek wel of hun gasten op enkele maanden een deel van de familie waren geworden.

Voor jonge asielzoekers is onderwijs natuurlijk de top-prioriteit. Jan en Mieke Degraeuwe-Verdonck zijn met een paar vrienden van de Wereldgroep al enkele jaren als vrijwilligers betrokken geraakt bij de OKAN-klassen van het H.Hartinstituut in Kessel-lo. OKAN staat voor ‘onthaalklas anderstalige nieuwkomers’. In de voorbije jaren zaten er Afghanen, Somaliërs, Ghanezen, Syriërs, Nepalezen en Oekraïners in deze klassen. Gedurende een volledig schooljaar krijgen ze intensieve Nederlandse les, gecombineerd met een beperkt pakket van andere vakken. Na dat overgangsjaar zal een taalcoach hen begeleiden in het gewone curriculum.

In Kessel-lo zijn de 31 OKAN-leerlingen gespreid in drie klassen. Op dinsdagvoormiddag gaan Jan en Mieke hen drie uren lang begeleiden bij het lezen en spreken. Het is dankbaar om deze – vaak gekwetste – jongeren te zien ‘groeien’ in het Nederlands: ze beginnen met losse woordjes en eindigen met verhalen, waardoor je als vrijwilliger ook kennis opdoet over wereldproblemen. Er zijn nog vacatures voor vrijwilligers!

Annette Houbar (84 jaar jong en nog zo actief dat ze niet naar het actualiteitscafé kon komen) stuurde een schriftelijk getuigenis waaruit we enkele stukken weergeven. Ze begon zowat 30 jaar geleden Nederlandse les te geven aan Koerdische vrouwen. Ze vertelt:

Melek was één van mijn eerste leerlingen. Ze was alleen naar Belgie gekomen, haar man zou later volgen. Stilaan kwam ik erachter dat ze in verwachting was. Er groeide vertrouwen. Ik was bij haar bij de bevalling. Ze heeft zes kinderen gekregen. Zellal, de oudste dochter, heeft intussen de Sociale Hogeschool afgemaakt. Melek en Hikmet hebben hard gewerkt en nu nog: ze hebben een huis gebouwd in Wilsele. Ze zijn vrienden gebleven. Melek en haar man Hikmet zijn onlangs komen helpen bij mijn verhuis.

Je kan niet met iedereen een sterke band opbouwen, maar nu nog geeft elke ontmoeting met een Koerdische vrouw op de markt in Leuven een warm gevoel. In al die jaren heb ik gezien hoe er vertrouwen en vriendschap kan groeien tussen mensen van verschillende culturen, tussen kristenen en moslims.

In 2001 kwam Ludo Wouters vragen of wij verbindingspersonen wilden worden tussen de vluchtelingen en de inwoners van Oud-Heverlee, alles onder toezicht van het OCMW. Concreet deden we verschillende zaken:

  • Nederlands geven in de periode tussen aankomst in Oud-Heverlee en de start van een cursus in Leuven
  • Samen inschrijven in het huis van het Nederlands
  • Meegaan naar dokter en ziekenhuis, naar de advocaat…
  • Een brief schrijven aan de koningin om voorspraak te vragen
  • Kinderen inschrijven in de school, hen opvolgen
  • getuige zijn bij een huwelijk
  • Aanwezig zijn bij een ingreep in Gasthuisberg en samen tot Allah bidden
  • Rondrijden om een huurhuis te vinden na het krijgen van de verblijfsvergunning.

Sinds 2016 zijn er in Oud-Heverlee 7 nieuwe vrijwilligers (+ 3 die soms inspringen), heel gedreven vrouwen die nieuwe mensen warm ontvangen en opvolgen.  Ze vormen een enthousiaste groep, zijn via Whatsapp voortdurend in contact met elkaar om problemen te melden en op te lossen. Ze zien vooral de verborgen noden en angsten van de mensen. Ze zorgen voor fietsen voor de kinderen, doen uitstappen, organiseren feestjes enz. Ze helpen gezinnen verhuizen en gaan nadien nog eens op bezoek tot in Kortrijk of Hasselt… alles is mogelijk.

Nu ben ik oud(er), woon op een serviceflat en nu zorgen zij voor mij!  Ailita geeft  me via de telefoon ademhalingsoefeningen. Ik heb vorige nacht in Wingene bij een Koerdisch gezin geslapen (tijdens het liturgisch congres). Eva, mijn Armeense kapster komt ‘aan huis’ mijn haren knippen. Een paar vrouwen zorgen ervoor dat ik soms wat fleuriger ben gekleed. Mohammed masseert mijn hals bij een stijve nek… Murat, de eerste man die ik in Sint-Joris-Weert  leerde kennen, bracht een groot bloemstuk bij het overlijden van mijn medezuster Krista.

Ik voel mij nu ‘ere–vrijwilligster’ (maar ga toch nog een beetje voort doen!). Ik ben heel dankbaar. Ik heb veel gekregen... 


Een slotbedenking: vluchtelingen zitten zelden in de kapel van Filosofenfontein. Maar belangrijker is, dat mensen uit onze gemeenschap – en ook daarbuiten  - op verschillende manieren aan hun zijde staan. De parabel leert ons immers dat niet de vraag ‘wie is onze naaste?’ maar wel ‘wie is hùn naaste?’ relevant is.

Contactinformatie

©2005-2023 Filosofenfontein

✉️   info@filosofenfontein.be

Ondernemingsnummer: 0775.603.387

Bankgegevens:"FIFO Heverlee" 

KBC: BE11 7340 3906 5848

Volg ons op Sociale media

QR Code

Door je camera op deze code te houden krijg je het adres van deze website op je smartphone of tablet. Dan kan je de hele website bekijken.