------
Welkom
------
Liturgie
------
Vorming
------
Historiek
------
Archief
------
Kalender
Share-project
------





1 juli 2018: 13e zondag

               Tot leven brengen Mc. 5, 21-43

Marcel Braekers, o.p.

Openingszang 103: "Gezegend deze dag"

Begroeting


Welkom op deze eerste zondag van juli, voor de meeste jongeren het begin van een deugd doende vakantie, voor veel anderen het begin van een ontspannend verlof. Juli is in het geheel van het jaar een breekpunt. Het verkeer wordt minder hectisch, de bedrijven liggen stil of draaien op een lager pitje, als je ’s avonds langs de huizen fietst, riek je de geur van barbecue. Het is ook een tijd om te luieren of je lichaam een andere tonus te geven. Misschien ook een tijd om het spiritueel stil te maken en in zichzelf te keren om er de Onnoembare te ontmoeten. Daarom stel ik voor dat we als ondersteuning daarbij het lied nr. 765 zingen.

Lied 765: “Stilte nu” (psalm 65)

Gebed

Vanuit onze nood en onze vragen,
Vanuit de diepte van verlangen roepen wij tot U, o God.
Hoor naar ons en doordrenk ons met uw kracht.
Want zo hebt Gij ooit gedaan aan Jezus uw geliefde kind.
Op Hem zijt Gij neergedaald en in Hem blijven wonen,
Daarom kon Hij troost zijn en toekomst
Voor allen die zochten naar houvast en perspectief.
Mochten ook wij die kracht ondervinden
Nu wij mogen delen in zijn brood en wijn.
Wij vragen het U, God,
Die met ons meegaat doorheen alle tijden.

Inleiding op de lezing

De evangelist Marcus heeft zo zijn eigen manier van vertellen. Wat hij verschillende keren doet is een verhaal vertellen, maar het gebeuren onderbreken om een tweede te vertellen. Het is alsof hij een tas opent, er een verhaal in schuift en de tas weer sluit. U kent wel het verhaal van een lamme die via het dak voor Jezus’ voeten wordt gelegd en in dat verhaal vertelt Marcus iets over vergeving van zonden, omdat volgens hem de twee met elkaar te maken hebben. Zo ook in het evangelie van vandaag. Binnen het verhaal van de dodenopwekking van een jong meisje staat het verhaal van een vrouw die door aanraking van Jezus’ mantel genezen wordt. De vraag voor mij is waarom Marcus dit doet: dient het raamverhaal om het binnenste te begrijpen of omgekeerd. Of gaat het om een literair kneepje waardoor hij nog meer levendigheid aan het verhaal geeft? Wat was het belangrijkste dat de lamme weer kon lopen of dat zijn zonden werden vergeven? Luister naar het dubbelverhaal over de genezing van een vrouw en de dodenopwekking van een meisje.

Marcus 5, 21 – 43
Lied 573: “Hij die de blinden weer liet zien”

Homilie


Waarom vond Marcus het belangrijk om deze twee verhalen in elkaar te schuiven en hebben ze verband met elkaar? Ik wil op twee aspecten wijzen die hier duidelijk op elkaar inspelen.
Allereerst: ik weet niet of het u is opgevallen, maar het getal 12 speelt een belangrijke rol. De vrouw leed 12 jaar aan bloedvloeiingen en het meisje dat tot leven werd gebracht was 12 jaar. Het meisje heeft de leeftijd bereikt dat ze vrouw wordt, de vrouw was door een medisch probleem 12 jaar onrein, mocht geen gemeenschap hebben en kon geen kinderen krijgen, iets wat in de Joodse samenleving zo belangrijk was. Ze mocht niemand aanraken en alles waarmee ze in contact kwam was onrein.

Dat was een vreemde wet die wij vandaag niet kunnen begrijpen. Volgens mij stak achter die wet niet misprijzen voor de vrouw en ging het evenmin om hygiëne maar draait alles om de betekenis die bloed in hun denk- en gevoelswereld had. Bloed bevatte de levensziel (nefes). Vandaar dat bloedverlies bij de menstruatie een vrouw in een soort van schemerzone bracht aan de grens van leven en dood. Dat beangstigde mensen, vandaar die vreemde regel dat zij in die periode onrein was. In het geval van deze vrouw zorgde die wet voor een verschrikkelijke isolatie. Je kan daarom alleen maar diep respect hebben voor haar durf om toch naar voor te dringen en het kleed van Jezus aan te raken. (Men geloofde dat via het kleed kracht kon doorgegeven worden cfr. Elisa die de mantel van Elia neemt en ermee op het water slaat). Voor de kerkvaders was deze vrouw daarom een voorbeeld van wat geloven betekent en plaatste men haar houding tegenover het zwakke geloof van Petrus. De vrouw kwam trillend van emotie naar voor en vertelde Jezus de hele waarheid, zo staat in de tekst. Ze spreekt heel haar leven en alle ellende die eraan verbonden was uit. (Je moet er het werk Gynecology van Soranos van Ephese op nalezen om te beseffen door welk een hel zij was gegaan). De reactie van Jezus is er een van diep respect en tederheid: ‘dochter’ zo zegt Hij, thugatèr staat er in het Grieks, een aanspraak vanuit diepe warmte en empathie. Zo herstelt ze van een vreselijk beeld dat aan haar kleefde en kan ze de stap naar het leven zetten. Het meisje daarentegen wordt 12 jaar en zij ervaart met een schok de grote verandering in haar vrouwelijkheid. Dus via het getal 12 verbindt Marcus de twee verhalen en het geven of de opdracht van vrouwelijkheid.

Er is ook een tweede link tussen de twee verhalen namelijk het aspect leven en dood. Marcus verbindt het verhaal van de vrouw met dat van een meisje dat volgens de opvatting in de Oudheid aan de grens stond van vrouw zijn en vruchtbaarheid. Ze is ernstig ziek en sterft in de tussentijd dat Jezus naar haar op weg is. De dood wordt in de Bijbel dikwijls voorgesteld als een soort van slaap. Als bv. in het evangelie sprake is van de verrijzenis dan staat er in het Grieks dat Jezus sliep en moest gewekt worden. De vraag is dus wat Marcus bedoelde, toen hij schreef dat het meisje was gestorven. Bedoelde hij dat symbolisch in de zin van dat ze terugschrok voor haar vrouwelijkheid of gaat het om een letterlijk gebeuren? Door de twee verhalen te verbinden ontstaat een verband tussen vrouw zijn en leven en leven en dood. In beide gevallen gaat het om herstel van gekwetste identiteit en zorgt het optreden van Jezus ervoor dat deze vrouwen hun vermogen om te leven terugvinden. Leven dat Hij zelf ontving van zijn Vader en dat Hij nu doorgeeft aan iemand die werd uitgestoten of die terugschrok van het leven.

Geef toe, als vertelkunst is dit een mooie vondst. Natuurlijk blijf je als 21eeeuwse luisteraar met veel vragen achter. Wat is daar precies gebeurd? Hoe stelde Jezus zich op tegenover dergelijke situaties? Je kan er niet omheen dat Jezus op een bijzondere manier zich heeft ingelaten met zieken, met gekwetste, gestoorde en ontmoedigde mensen. Hij gedroeg zich daarbij als een man van zijn tijd en gaf aan die mensen een antwoord dat paste in hun leefwereld. Je kan er ook niet omheen dat Hij door zijn optreden kracht gaf aan anderen en hen terugbracht tot zichzelf, tot de gemeenschap en tot God. Zo geschiedde volgens Hem het rijk van God.

Dat is ook wat deze verhalen naar ons toe vertellen: wie je ook bent, wat er ook met je gebeurt er is altijd die Kracht die ons kan optillen en met nieuwe ogen de werkelijkheid helpt zien. En nog: geloven en verlost worden is een totaal gebeuren dat de mens raakt in al zijn aspecten.

Groot dankgebed 164
Na de communie 542: “Een schaal met brood, een beker wijn”

------