------
Welkom
------
Liturgie
------
Vorming
------
Historiek
------
Archief
------
Kalender
Share-project
------





17 september 2017: 24e zondag

                       Vergeven

Emilio Platti

Homilie


Men kan zeker zeggen dat het evangelie zijn commentaar en achtergrond vindt in de eerste lezing, een uittreksel van wat men vroeger het boek Ecclesiasticus noemde, en nu de Wijsheid van Jezus Sirach, geschreven rond 200-175 voor Christus. Het valt volgens mij trouwens op dat de leer van Jezus, de Christus, dikwijls in het verlengde ligt van de Wijsheidsboeken uit het latere Oude Testament.
De parabel van de schuldenaar ligt perfect in de lijn van de gezegden van de Wijsheid "Vergeef uw naaste zijn onrecht", " koester geen wrok tegen uw naaste","denk aan het verbond van de Allerhoogste" en "vergeef uw naaste zijn dwaling", want dan vergeeft ook de Heer!

Sommigen willen misschien de godsdienst opsluiten binnen de zuiver individuele wereld van overtuigingen, die allemaal ergens zouden overeenkomen, behalve dan wat sommige "gelovigen", volgens die opvatting, zich zouden inbeelden. Hier is het echter duidelijk dat onrecht, wrok en dergelijke ver over de grenzen van het individu uitdeinen.

Men kan zich bijvoorbeeld heel goed voorstellen dat ná de tweede wereldoorlog geen christen idealisten waren opgestaan zoals Adenauer, Schuman of de Gasperi om een nieuwe oorlog met Duitsland te vermijden; wat na 1870 en 1918 dus inderdaad het geval was geweest. De weg naar vrede is echter een allermoeilijkste weg, omdat het niet de weg is van eenvoudigweg rechtvaardigheid en redelijkheid; die weg vraagt inzet, maar vooral wederzijdse waardering van de medemens; het is een weg die bezaaid is met ettelijke natuurlijke hindernissen van eigendunk, eigenbelang of eigenzinnigheid aan de ene of de andere kant, of beide... De mensen zijn doorweven van eigen particulariteit, en het is uiterst moeilijk medemensen als zodanig te waarderen, wanneer men elkaar verwijt elkaars eigenheid niet te respecteren.

Internationale betrekkingen zijn tegenwoordig op scherp gezet, en de situatie van de Rohingya in Birma (Myanmar) doet ons Korea vergeten -- misschien wordt het nu omgekeerd -- dat ons op zijn beurt Syrië doet vergeten... enzovoort...; in die mate dat spreken over misdaden tegen de menselijkheid aldra holle woorden worden, wanneer men vergeet in welke omstandigheden die mensen leven...

Jezus, de Christus, spreekt van vergeven, van medelijden, van barmhartigheid...
Sommigen verwachten het misschien, maar ik ga hier niet spreken over islam en moslims... Ik breng u wel terug naar de middeleeuwen. En wel eerst naar de psalmen en naar de bekende joodse filosoof Maimonides, Rabbi Mosjé ben Maimon, gestorven in 1204 in het toenmalige Fustat dat nu in Caïro ligt. Ik bezocht in augustus trouwens de synagoge in oud-Caïro die voorzien was als zijn laatste rustplaats. Zijn lichaam werd echter getransfereerd naar Tiberias in Palestina.

Jullie kennen sommige verzen van psalm 19:
"De Wet van de Heer is volmaakt, levenskracht voor de mens" -- ik laat hier buiten het feit dat we in het Arabisch bidden dat "de Sharî’a" van God volmaakt is...". In de psalmen gaat het natuurlijk om de Wet -- "Sharî’a" -- die Mozes van Godswege heeft gebracht. Inderdaad, zegt Maimonides, de joodse Wet is perfect, evenwichtig, vooral "rechtvaardig"; zoals de psalm het zegt: "De voorschriften van de Heer zijn waarachtig, rechtvaardig, geheel en al".
Voor joodse gelovigen is de bron van rechtvaardigheid de ene God, zoals geschreven staat boven de ingangspoort van de synagoge van Brussel, een citaat van de laatste kleine profeet van het Oude Testament, Maleachi:
                  Hebben wij niet allen eenen Vader?
                  Heeft niet één God ons geschapen?

Voor velen is dit de bron voor universele solidariteit, en vooral, voor mensenrechten.

Een christen van Bagdad, die `Abd al-Masih heet, dienaar van Christus, de Messias, schreef echter enkele eeuwen voordien, rond 825, dat deze Wet hem als christen niet voldoet. Hij heeft veel ontzag voor deze eerste Wet — de Lex vetus, zegt sint Thomas — die evenwicht brengt en recht: je gaat niet verder in verweer dan oog voor oog en tand voor tand: het overmatige geweld wordt ingedijkt. Maar, zegt hij, er is een tweede Wet — Lex nova, zegt sint Thomas -, die de eerste verre overstijgt. Zij blijft niet staan bij de rede, de rechtvaardigheid, de natuurlijke morele houding van de mens, die met de rede het goede ontdekt dat de mens van nature uit erkent en ontdekt.

Deze "nieuwe Wet" overstijgt het "natuurlijke" en het "eigene". De mens "overstijgt" zichzelf, zoals liefde gratuïteit insluit. Een geschenk is niet van de orde van het moeten, van de verplichting... Zo ook verzoening, vergeving, barmhartigheid, grootmoedigheid, medeleven.
Voor christengelovigen is deze houding méér dan rechtvaardigheid, het is het méér van de "agapè", een houding die past in de liefdesgemeenschap met God. Wat wij trouwens in de eucharistie uitdrukken in de communie.
Om die rede noemde de christen van Bagdad, `Abd al-Masih, deze Wet een goddelijke Wet, zij doet de mens delen in Gods goedgunstigheid, zoals Jezus in het evangelie zegt, en wij in het Onze Vader nazeggen: "Vergeef ons onze schulden, zoals ook wij vergeven aan onze schuldenaren".
Zoals ook Jezus Sirach zei: "Denk aan het verbond met de Allerhoogste en vergeef uw naaste zijn dwaling".

------