------
Welkom
------
Liturgie
------
Vorming
------
Historiek
------
Archief
------
Kalender
Share-project
------





21 december 2014: Vierde zondag van de Advent

Belofte en vertrouwen

Lut Saelens

Antifoon ‘O Oriens (nr 206) aansteken van de 4de adventskaars

Inleiding


In deze laatste rechte lijn naar kerstmis staan we niet alleen. We krijgen de belofte van een goddelijke tussenkomst. God wil immers wonen tussen de mensen. Zoals Maria werd uitgenodigd open te staan voor Gods komst, zo worden wij ook uitgenodigd om ons open te stellen opdat God in ons zou kunnen geboren worden. Zo kunnen wij en alle mensen waarmee we in contact komen mee zijn aanwezigheid in deze wereld ervaren. Verbinden wij ons bij het begin van deze viering met God en met elkaar in de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.

Lied nr 510: “Wees hier aanwezig”

Openingsgebed

God, vader van alle mensen,
God die onder ons wil wonen.
Leer ons te leven in vertrouwen
opdat wij klaar zouden staan
om U te herkennen.
Help ons geloven dat Gij
hier en nu aanwezig zijt.
Onze hoop is op U gegrond.
Sterk ons vertrouwen
dat Gij aan het werk zijt in ons leven
en dat niets U kan tegenhouden
om Uw belofte van heil waar te maken.
Eeuwige God ontferm U over ons
Spreid uw vleugels over ons
En breng ons dichter bij U en bij elkaar
Dit vragen we U door Jezus
Onze hoop op eeuwig leven. Amen

Lied 215: “Als Gij ons niet verschenen waart”

Inleiding tot de lezingen

In de lezingen van vandaag leren we zowel bij Samuel als bij Lucas een God kennen die tussen de mensen wil wonen. God is niet de volledig transcendente maar Hij wil tussen de mensen zijn. De profeet Natan maakt aan koning David duidelijk dat God geen huis van steen verlangt. Hij trekt liever rond in een tent om zo dichter bij zijn volk te zijn dat onderweg is. Ook wij zijn onderweg en kunnen ook al eens op het verkeerde pad bevinden of gewoon de weg kwijt zijn, al leek ons plan nog zo doordacht en dachten we dat we de weg wel alleen zouden vinden.
We vergeten vaak om bij al ons plannen onze belangrijkste reisgezel te betrekken: God is immers steeds met zijn volk meegegaan en belooft dit te blijven doen. Immanuel, God met ons, God in ons midden. We kunnen de profeet Natan eigenlijk zien als een verre voorloper van de engel Gabriël: hij heeft het over Gods belofte van een koningschap dat altijd stand zal houden: het koninkrijk Gods. In het evangelie van Lucas wordt God door de boodschap aan Maria mens in deze wereld, slaat Hij zijn tent op onder de mensen.

Eerste lezing: 2 Sam7,1-5.8b-12.14a.16
Lied nr 218: “Uit uw verborgenheid”
Lc1, 26-38: Zie gij zult zwanger worden

Homilie


In het evangelie van Lucas verneemt Maria, een heel eenvoudige vrouw, dat God in haar mens zal worden: ze zal een zoon baren die tot in der eeuwigheid koning zal zijn. Het gaat hier om een belofte die nauwelijks te bevatten is. Maar uit de reactie van Maria blijkt dat ze uit een ander hout dan de doorsnee is gesneden: ze vraagt wel een woordje uitleg aan de engel. Die maakt haar duidelijk dat voor God niets onmogelijk is. Daarna begint ze niet te discuteren met de engel omdat de boodschap langs geen kanten strookt met hoe zij haar toekomst had gezien. Ze heeft het volste vertrouwen in Gods plan, hoe onbegrijpelijk ook: “Laat er met mij gebeuren wat u hebt gezegd’. Eigenlijk legt ze hiermee haar toekomst volledig in Gods handen. De engel noemt haar niet voor niets een begenadigde vrouw.

In de laatste leerhuisvergadering hadden we het over het scheppingsverhaal en over de betekenis van de boom van de kennis van goed en kwaad. Eigenlijk is de miserie voor de mensen begonnen nadat ze zich die kennis hadden toegeëigend. Dat konden we niet zo goed plaatsen tot Marcel suggereerde dat goed en kwaad hier misschien niet zozeer een ethische- maar eerder een existentiële betekenis hadden: de slang maakte Eva wijs dat ze zelf in staat zou zijn om uit te maken wat goed of slecht voor haar was. Welk leven ze zou willen leiden. Hiervoor zou ze God niet meer nodig hebben.

Eigenlijk doet Maria met haar reactie op de boodschap van de engel het tegen-overgestelde: ze laat zich leiden door Gods plan, ook al is dit moeilijk te bevatten, en zo legt ze haar leven in Gods handen vanuit een vast vertrouwen dat wat God met haar wil uiteindelijk ook goed voor haar is. Waar Eva luisterde naar de duivelse slang, luisterde Maria naar de bode van God. Beide vrouwen handelden uit vrije wil en gaven met hun reactie de geschiedenis een bepaalde wending. En zoals Eva, zal Maria niet van zorgen gespaard blijven.

Nogal wat mensen hier in deze kerkgemeenschap weten hoe zwaar het is als je jouw eigen kind ziet lijden. Maar hoe zwaar ook haar lijden om en met haar zoon is, toch blijft Maria overeind omdat ze zich gedragen voelt door een sterk Godsvertrouwen. Misschien zijn Maria en Eva geen echte tegenpolen maar gaat het eerder om waar het accent ligt in hun leven. Eva dacht te kunnen leven zonder God. Het accent ligt bij haar op zelfbeschikking: zij wil zelf weten wat best voor haar is en ze wil volledig zelf haar bestaan in handen nemen zonder dat ze God hierbij nodig heeft. Bij Maria ligt het accent op vertrouwen en overgave: ook zij had ongetwijfeld een plan: een leven leiden zoals vele vrouwen in haar omgeving. God legt daar echter een stokje voor en hoe onbegrijpelijk en moeilijk de nieuwe levensweg die Hij haar voorstelt voor haar ook mag lijken, zij legt zich neer bij de wil van God vanuit een onvoorwaardelijk vertrouwen dat Hij het goed met haar en met de wereld voorheeft.

Ook in ons eigen leven zijn we er vaak te veel ervan overtuigd dat we zelf wel best weten wat goed voor ons is en dat wij in de stuurzetel van ons leven zitten, terwijl het leven zelf ons regelmatig toont dat dit eigenlijk voor een groot deel een illusie is. Die verschillende accenten vinden we ook terug in de manier waarop we anderen benaderen en de manier waarop het maatschappelijk debat vandaag wordt gevoerd. Leggen we het accent te veel op zelfbeschikking dan hebben we de grootste moeite als onze plannen gedwarsboomd worden door de speling van het lot of door de fouten die we hierbij hebben gemaakt. Leggen we het accent te veel op ons onvermogen om onze toekomst zelf te bepalen dan stellen we ons te veel als slachtoffer op en zitten we hulpeloos te wachten op iemand die ons kan redden.

In een interview op Canvas stelde Dirk De Wachter dat een van de grootste problemen waar onze samenleving mee kampt de illusie is van maakbaarheid: de idee dat we voor de volle honderd procent zelf verantwoordelijk zijn voor ons geluk. "Die al te optimistische ingesteldheid heeft natuurlijk ook een zware keerzijde", zegt hij. "Wanneer we niet slagen in het leven, dan is ook dat volledig onze eigen schuld. Dan worden we door de intolerante samenleving aan de kant geschoven en bestempeld als losers, of erger nog als te kwetsbare mensen of psychiatrische patiënten." In deze benadering wordt de verantwoordelijkheid van de mens voor zijn eigen lot te veel afgeschoven op het individu, waardoor nog weinig begrip kan opgebracht worden voor mensen die uit de boot vallen of die gewoon het slachtoffer zijn van het lot. Denken we maar aan de miljoenen Syrische vluchtelingen en de manier waarop bijna met fierheid wordt aangekondigd dat België er maar 225 zal toelaten op ons grondgebied volgend jaar. Alsof wij daar dan beter zullen van worden. Of aan de problematiek van langdurig werklozen die heel moeilijk zonder gepaste ondersteuning en begeleiding nog op dreef kunnen komen.
Het accent kan anderzijds ook te sterk gelegd worden op de speling van het lot waardoor de mensen te veel als slachtoffer worden behandeld en onvoldoende worden aangesproken op hun eigen kracht. Eigenlijk kunnen we dit spanningsveld overstijgen vanuit een gelovig perspectief: door mens onder de mensen te worden heeft God ons via Jezus het voorbeeld gegeven. Jezus bevestigde iedereen, ook de grootste zondaars, in hun waardigheid en sprak ze aan op hun verantwoordelijkheid, maar tegelijkertijd toonde Hij het grootste begrip voor hun menselijke beperktheid en leefde Hij sterk mee met wie het moeilijk had.

In een recent interview met Knack vertelde Jean Vanier, een diep-gelovig man en stichter van L’Arche, dat de vraag hoe het komt dat wij ofwel als vechters of als slachtoffers door het leven gaan hem erg boeit. Hij beseft dat wij als maatschappij gefocust zijn op vechten en winnen. Als dat niet lukt voelen wij ons mislukt en worden wij depressief. Hij vraagt zich voortdurend af hoe hij mensen kan helpen om hun eigenwaarde terug te vinden. Vooral de beschrijving van Vanier over hoe hij de belangrijke beslissingen in zijn leven genomen heeft heeft mij in het artikel erg getroffen.

Als ex-marineofficier en als telg uit een gefortuneerde en invloedrijke familie besliste hij om samen te gaan wonen met Raphaël en Philippe, twee mannen met een mentale beperking. Hij redde hen uit een overvolle, trieste instelling en doopte zijn huis L’Arche. Na een tijdje deed hij alles samen met die twee: koken, shoppen, tuinieren en ook veel plezier maken. Want ze brachten opnieuw het kind in hem naar boven. Van hen leerde hij te leven vanuit zijn hart. “Ik had geen groots plan”, zegt Jean Vanier vandaag.”Ik voelde alleen dat ik dit moest doen. Het choqueerde mij hoe de bewoners van die instelling vernederd werden. Alsof ze geen mensen waren.” Hij stelde zich open voor deze mensen en ging in op hun appèl. Zoals Maria zich destijds voor God openstelde.

Vandaag heeft De Ark afdelingen van Bangladesh tot in Gent en heeft Vanier bijgedragen tot een menswaardig leven van duizenden mensen met een mentale handicap. Bij zijn bezoeken aan een instelling zag hij doorheen de chaos de mensen met de angst en pijn op hun gezicht, maar ook met een grote tederheid. Alle bewoners vroegen hem of hij zou terugkeren. Alsof ze wilden zeggen: waarom word ik altijd in de steek gelaten? Hij zag in hen de beste vrienden die hij ooit gekend heeft. “De beste lesgevers in tederheid, die niet bezig zijn met status, geld of de beste zijn. Ze leven in het nu en zijn gewoon zichzelf” zegt hij.
Naast Vanier, die intussen voor zijn werk vele prijzen en onderscheidingen heeft ontvangen, zijn er veel mensen die vanuit een zelfde ingesteldheid werken, ook in de gemeenschap van Filosofenfontein. Als we er ons voldoende voor openstellen geeft God ons de kracht en inspiratie voor de roeping die Hij ons opdraagt. Zo kan God elke dag, en niet alleen op kerstmis, opnieuw in ons, in de mensen om ons heen en in de wereld geboren worden en komen we dichter bij de realisatie van zijn belofte van het eeuwig Koninkrijk. Amen.

Lied nr. 142: “Oergebaar”
Tafelgebed nr 160
Communielied nr 587: “Vleugels van vertrouwen”

Slotgebed

Lieve God,
Vaak is het leven zo verwarrend
en doet het zoveel pijn. Vaak
begrijp ik niet waarom alles gaat
zoals het gaat. Daarom bid ik U:
laat mij stil worden van binnen –
en laat mij die stille kern van binnen
voelen, waar Uw stem tot mij spreekt.
Als ik dat punt van rust binnen ga,
dan zal ik het weer weten: dat Uw
nieuwe wereld dwars door het donker
heen geboren wordt en dat er niets,
maar dan ook niets toevallig is,
omdat alles past in Uw plan.
Laat mij de weg vinden tot in
het hart van dat weten en vervul
mij met een warm vertrouwen in U .
Amen                                  (Hans Stolp)

------