------
Welkom
------
Liturgie
------
Vorming
------
Historiek
------
Archief
------
Kalender
Share-project
------




27 juli 2014: 17° zondag

Hij sprak tot hen in parabels (Mt. 13,44-48)

Marcel Braekers

Openingszang 102: “Onze hulp is in de naam van de Heer”

Gebed

Gedenk uw mensen
Met de ruimte van uw hart.
Gedenk hen,
Als zij U zoeken
Maar niet weten te vinden,
Als zij zich van U hebben afgekeerd,
En alle zoeken hebben opgegeven.

Gedenk uw mensen,
In de steek gelaten,
Alleen gelaten aan de nacht,
In angst en doodsnood.

Gedenk uw mensen,
Die de moed hebben verloren,
Al te zeer door het leven gekwetst,
Beschadigd door ons.

Gedenk uw mensen,
Laat uw oog weer op ons rusten,
Gaan wij U dan niet ter harte?

Gedenk allen op zoek
Naar een kostbare parel, naar de schat
Die hun leven kan omkeren.
Dat zij zoekend door U worden gevonden.
                                                  (S. de Vries)

Inleiding op de lezing

Bent u ook zo gebeten op die verdomde kraaien en eksters die overal op en aan zitten, de nesten van de kleine vogeltjes vernielen en de jongen oppeuzelen? Enige tijd geleden werd ik elke morgen gewekt door een kraai die zich als een echte ijdeltuit in de venster spiegelde om dan verwoed op haar evenbeeld in te hakken. Ik zou ze soms naar de andere kant van de wereld verwensen. Maar dan lees ik in de Bijbel hoe Jezus over de dieren sprak. ‘Kijk eens naar de kraaien, ze zaaien niet en maaien niet en verzamelen niet in schuren, want God zorgt wel voor hen.’ Zo vind je in het evangelie veel uitspraken waardoor Jezus ons aanspoort om anders naar het leven te kijken. En het vraagt heel wat om die andere blik te verwerven.

Je moet leren anders naar het leven te kijken, vindt Jezus en daarbij betrekt Hij al vertellend heel het leven. Hij vertelt over feesten, over de seizoenen, de kudden geiten en schapen en hun herders, de wijngaarden, vissers en boeren en hun werken op het land of op het meer. Daarbij kiest Hij zorgzaam zijn voorbeelden. Het gaat over kraaien en veldbloemen, over een stel mussen die op de markt worden verkocht, of zoals vorige zondag over het mosterdzaadje en zijn groeikracht. Je moet beseffen dat alle Joden het beeld kenden dat de profeet Ezekiël had gebruikt: over die machtige boom waar heel de wereld in en onder gaat wonen. Jezus gebruikt dikwijls kwetsbare en zwakke situaties om te spreken over de nieuwe tijd die er staat aan te komen.

Ik ken geen spirituele leider die zo intens het dagelijkse leven in zijn verkondiging betrekt. Je voelt er zijn grote liefde voor het gewone, geleefde leven, hoe Jezus daarin tekenen van Gods liefde ziet. En het is een opdracht voor ons om ook anders te kijken zoals Hij. Je moet daarvoor soms veel loslaten, alles wat het gewone leven als sterk en belangrijk prijst.

Typische voor die aanpak is het vertellen van parabels. In de voorbije weken werden er hier enkele voorgelezen en ook vandaag hoor je er weer andere. Ook die parabels verwoorden iets van het dagelijkse leven, maar hebben altijd een verrassing in petto. Het gaat over schijnbaar dagelijkse situaties, maar dan gebeurt iets onverwacht. Volgens specialisten gaf Jezus geen uitleg bij zijn verhalen. Hij sprak immers vooral voor eenvoudige boeren en vissers in Galilea die niets hadden aan ingewikkelde vertellingen. Daarin verschilt een parabel van een allegorie waar elk element een symbolische verwijzing heeft. Jezus vertelde m.a.w. niet alleen over dagelijkse situaties, Hij vertelde zo dat het verhaal je direct moet aangrijpen. Ik nodig jullie uit om zo naar de lezing te luisteren. Je moet het verhaal zo laten indringen dat je zelf iets van de vreugde voelt zoals de man die een schat vond of een parel ontdekte.

Mt. 13,44-46
Lied 708: psalm 63 “God, U bent mijn God, U zoek ik”


Homilie

Stel je voor dat je als een arme, berooide boerenknecht zit te luisteren naar die vertellende Jezus. Door de grillige weersomstandigheden, de altijd maar voorbij-trekkende plunderende troepen heeft de man alles verloren. Hij heeft zijn huisje en veld moeten verkopen aan de grootgrondbezitter en leeft nu met zijn gezin in loondienst uitgeleverd aan de willekeur van de rentmeester. Soms heeft hij werk, dikwijls niet (cfr. de parabel van de ingehuurde werkers). Er is armoe troef. En dan vertelt Jezus hoe zo’n loonwerker op het veld van een ander ploegt en plots op een schat stoot. Dat gebeurde wel meer dat men bezittingen in de grond stopte om ze veilig te stellen voor voorbijtrekkende roversbenden. Misschien was de eigenaar vermoord of gevlucht, maar volgens de Joodse wet werd de vondst eigendom van wie de akker had.

Dus verkocht die man alles wat hij nog had om die akker te verwerven en zo ook de schat. Het verhaal moet als muziek in de oren van die arme drommel geklonken hebben. Weg alle ellende, eindelijk elke dag eten voor zijn gezin, de vrijheid en het genot om onder zijn eigen vijgenboom te zitten en een tros druiven van eigen kweek te plukken. Kan je het plezier van die man voelen toen hij dat verhaal hoorde? Welnu dat gebeurt met iemand die plots ‘het rijk der hemelen’ vindt, zegt Jezus. Het is een voorbeeld van wat een parabel is: er is geen ingewikkelde redenering, geen symbolisch fijnzinnige verwijzing, maar een heel herkenbare situatie met een concrete plot.

Hetzelfde gebeurt met die koopman die overal zijn koopwaren aanbiedt en onverwacht een kostbare, zeldzame parel vindt. Vol vreugde verkoopt hij snel waarschijnlijk aan een lagere prijs al zijn koopwaar om die ene parel te verwerven. Ik zie die man in mijn verbeelding thuis komen met niets dan een doosje met dat kleinood in. Ik denk dat zijn vrouw er niet blij mee is en dat zijn collega’s hem een naïeve dwaas vinden. De ontdekking van ‘het rijk van God’ zorgt ervoor dat mensen gekke dingen doen, dat ze al de rest in het leven maar stro vinden en helemaal opgaan in dat nieuwe leven. Voor buitenstaanders zijn ze een beetje dwaas.

Zie je hoe Jezus met zijn naïeve verhalen uit het dagelijkse leven mensen aan het dromen zet, hoe Hij door zijn vertelling een glimlach losmaakt, maar hoe Hij daarbij onverwacht je meetrekt in een ver reikend proces van loslaten, van anders kijken en van je overgeven. Indien je met een open geest naar die parabels luistert, gebeurt er iets met je waardoor je geen meester meer bent in je eigen bestaan. Je wordt door een zo intense vreugde overvallen dat je gekke dingen doet, dat je los laat wat voor anderen zo essentieel is. Zo gaat het met wie onverwacht geconfronteerd wordt met dat nieuwe leven en samenleven gedragen door Gods liefde: het rijk der hemelen zoals men zegt. De parabel wil je meetrekken in een proces van gelukkig en naïef dromen, ze wil je plezier geven en dat plezier doortrekken tot vreugde, want iets buitengewoon kan met je gebeuren.

Groot dankgebed + refrein 134 (“Laudate omnes gentes”)
                            + slot 183 “Telkens als wij eten van dit brood”

Na de communie 542: “Een schaal met brood, een beker wijn”

------