18 april 2014: Goede vrijdag
Angst en vertrouwen
Marcel Braekers
Opening 313: Christus, de gestalte van God
Korte stilte
Verborgen God
Waar ben Jij nu, mijn God?
Vergeten heb Je mij,
Al vloekt dat met je naam.
Laat je toch zien
Word een gezicht.
Maar er is niets dan leegte,
De lange schaduw
Van een vale nacht
Sluipt om mij heen.
Waar ben Jij dan?
De woorden waarmee ik je noemde,
Riep, bezong, besterven mij op mijn lippen.
Het lijkt nu zinloos nog je naam te noemen,
Jou te kennen.
Toch brandt die naam,
Die vlamde door mijn dagen,
Nog als verborgen vuur
Onder de as van mijn verdriet.
En ik herhaal dat jij mij ziet,
Mij weet te vinden in het donker.
Ga dan, heel even maar,
Als koele wind aan mij voorbij
. (S. de Vries)
Begroeting
Angst en wanhoop hebben meer dan ooit impact op de hedendaagse mens.
Iedere week duikt hier of daar het verhaal op van een gezinsdrama,
van mensen die na een jarenlange moeizame strijd in wanhoop beslissen
om uit het leven te stappen. De gelaten uitspraak van Job dat
de Heer gaf, de Heer nam en daarom de Heer geprezen zij is
ver zoek. Er is weinig spirituele ruimte om angst en verlatenheid
een plaats te geven. Mensen worden meer dan vroeger opstandig wanneer
het noodlot toeslaat. Heel vaak ontbreekt een sociaal weefsel om
het verdriet of de eenzaamheid ter sprake te brengen. Ik daarnaast
aan de vele wanhopigen die zich blind aan mensensmokkelaars toevertrouwen,
aan velen die wanhopig vechten om te overleven. Daarom heb ik ervoor
gekozen dit thema van angst en wanhoop op Goede Vrijdag centraal
te plaatsen.
Ook Jezus heeft een diepe angst en wanhoop doorstaan toen Hij besefte
dat het einde nabij was. In het verleden heeft men naar mijn mening
te gemakkelijk en te snel de klemtoon gelegd op zijn goddelijkheid.
Als God wist Hij dat na dit einde zijn glorie zou volgen. Maar veronderstel
dat deze Jezus enkel maar een bezielde profeet was, een Godzoeker
pur sang in wie de Godheid op een uitzonderlijke manier
kon wonen, dat wel. Maar slechts een mens die zoals wij angstig
kon zijn, kon twijfelen aan de zinvolheid van zijn project, indien
dat juist is dan staat deze Jezus heel dicht bij de mens van vandaag.
Want dan heeft Hij niet alleen het meest afschuwelijke lijden moeten
doormaken, vernederd door mensen en gruwelijk vermoord. Maar dan
heeft die Jezus een even erge mentale crisis doorgemaakt, toen Hij
het uitschreeuwde dat zijn God Hem had verlaten. Het was de mentale
dreun die Hij kreeg en het gevoel dat alles tevergeefs was geweest.
Godverlatenheid en Godsverduistering. Niets werd Hem gespaard.
En dat alles heeft Hij verdragen om mij, om ons, om aan deze wereld
een perspectief te bieden. Daarom is het belangrijk elk jaar dit
gebeuren te herdenken. Maar ook belangrijk omwille van het onverwachte
perspectief. God heeft ingegrepen toen Jezus het niet meer zag zitten.
Dat is de boodschap achter het verhaal: mensen, hoever jullie ook
verlaten kunnen zijn, hoe diep jullie angst, hoe uitzichtloos jullie
onrecht er blijft altijd de hoop en de toekomst, want God grijpt
in en laat geen mens zomaar vallen. Hoe zwart mijn verdriet
wanhoop wordt het niet. Dat is de kern van deze gedenkdag.
Eerste lezing: in de hof van Getsemané: Klink p. 216-217
Lied 318: Gedenk die werd
beeld van een mens
Tweede lezing: kruisdood: Klink p. 230-232
Lied 314: Nu valt de nacht
Binnen brengen van het kruis
Zang 301: Ecce lignum
crucis
Psalm 22 (hertaling door H.
Oosterhuis)
Bloemenhulde
Voorbeden
Laten wij in dit uur
voor de wereld en alle mensen bidden naar wie de Heer zijn armen
op het kruis heeft uitgestrekt, wiens plaatsbekleder Hij wilde zijn :
- voor allen
die kreunen om verlossing. Voor de slachtoffers van burger-oorlogen,
voor hen die lijden onder de bombardementen en de terreur van
troepen. Voor de slachtoffers van natuurrampen, voor hen die ziek
worden in een vernield ecologisch systeem.
- Bidden wij voor wie moeten leven in uiterste armoede, die vertwijfelend
uitzien naar een helpende hand. Voor wie opkomen voor recht en
vrede en daarom gevangen worden en gefolterd.
- Bidden wij voor de geestelijk armen, voor die gestoord en geschonden
zijn, voor hen die traag en pijnlijk lichamelijk worden onderuit
gehaald. Voor hen die in eenzaamheid sterven zonder de troost
van een nabije God.
- Bidden wij voor allen die geloven in dezelfde verlossende Christus.
Dat ons gemeenschappelijk geloof een kracht mag zijn om verschillen
te respecteren en van elkaar te leren.
- Bidden wij voor het joodse en Arabische volk. Dat angst en geslagen
wonden niet het laatste woord behouden. Wij bidden voor allen
die vanuit hun godsdienst zingen tot hun God. Dat we elkaar mogen
toezingen, dat het niet-weten rond dit kruis ons mag omvormen
tot respectvolle luisteraars.
- Bidden wij voor ouders en kinderen, voor de meest kwetsbaren
van onze samenleving. Wij bidden voor priesters en religieuzen,
voor alleenstaanden, voor hen die moeten leven in een pijnlijk
proces van scheiden. Roep ons op Heer om te blijven dromen van
een dienende geloofsgemeenschap, van een samenleving waar mensen
elkaar het licht aanreiken en opbeuren.
- Voor hen die sterven en niet worden betreurd, voor allen die
zoek zijn geraakt in oorlog en gevangenschap, voor hen die in
wanhoop zelfmoord pleegden : hoor hun schreiend roepen en
bewaar hen in uw hart.
Rond het altaar
Gebed bij de gaven van brood
Heer God,
In het gebroken lichaam van Jezus onze broeder,
Aanschouwen wij wie Gij zijt voor deze wereld.
In het gebroken brood ontvangen wij de belofte
Dat Gij er altijd zult zijn : naast ons, in ons.
Wij bidden u - omdat Hij alles heeft volbracht
Neem ons op in uw vrede, wie we ook zijn.
En dat wij die vrede mogen uitdragen over de hele aarde.
Binnen brengen
van hosties: samen onze vader bidden, communiceren.
Na de communie lied 564: Zij die stom zijn
Afsluiting van de viering: "Graflegging" N. ter
Linden p.211-212
|