25 augustus 2013
Een
begeesterde gemeenschap van gelovigen
Gerlinde Doyen
Lied 391: Dan komt de dag
Inleiding
Als moeder van drie jonge kinderen en voltijds werkend in Brussel,
vind ik het niet eenvoudig geloof een juiste plaats te geven in
ons gezin. En waarom zijn mijn vele andere leeftijdsgenoten die
als kind naar de kerk gingen, ondertussen afgehaakt? Dit is natuurlijk
een gevoelig onderwerp. Ofwel geven we allerlei sociologische verklaringen
waarom jongeren niet meer gelovig zijn, ofwel durven we ook in eigen
boezem kijken en vragen we ons af of wij als gemeenschap openstaan
voor jonge mensen? En dan bedoel ik niet dat iedereen welkom is
die wil aansluiten bij onze manier van eucharistie vieren. Ik bedoel
dat we ons echt openstellen om onze manier van vieren in vraag te
stellen. Blijven we meewarig denken aan tijden waarin de kerk nog
vol zat of durven we stilstaan bij de vraag hoe we de Geest vuur
kunnen laten brengen over onze gemeenschap?
Lied 568: Wij zoeken U en vragen om geestkracht
In Burundi ging ik af en toe naar de viering van de Dominicanen
in Bujumbura. Hoewel ik eigenlijk nog meer kritische stemmen verwachtte
in dit zo corrupte en wetteloze land, begreep ik ook dat het voor
de priesters dansen is op een slappe koord om niet monddood gemaakt
te worden door te expliciet te zijn. De kerk zat altijd vol mensen
van alle generaties, en dus ook vol kinderen. Het koor bestond uit
een groep tieners en twintigers met allerlei instrumenten. De gospelmuziek
was erg aanstekelijk. Mensen wiegen zachtjes met lichaam en armen.
In Burundi zijn heel wat gospelgroepjes bekend en jonge mensen draaien
die muziek ook gewoon thuis of in hun auto. Hoewel je de stijl meestal
wel herkent, is er niet zoveel verschil tussen profane populaire
muziek en gospelmuziek. Er is vrolijke gospel en eerder melancholische
gospel. Muziek brengt je in een bepaalde stemming, het laat gevoelens
opborrelen. Ik herinner mij dat toen ik de eerste keer in die bepaalde
kerk kwam na enkele maanden in Burundi, de tranen over mijn wangen
liepen: was het heimwee, de energie van de aanpassing, de cultuurshock,
de frustratie over wat er allemaal mis ging in het land? Waarschijnlijk
een combinatie van alles. Het was in ieder geval duidelijk dat deze
muziek, de sfeer, de groep, mij had bewogen.
Volgend fragmentje is van de Zuid-Afrikaanse groep Ladysmith Black
Mambaso. Bedenk terwijl je luistert dat je in een overvolle binnenkoer
bent van de openluchtkerk, overal mooi-geklede mensen van alle leeftijden.
Ieder gezin heeft al vreselijke dingen meegemaakt: armoede, onrecht,
mensen te jong gestorven door ziekte, geweld. En toch, of juist
hierdoor, dat sterke geloof, het krachtige gemeenschapsgevoel, het
gevoel zo dicht te staan bij God.
CD: Gebel Eweni (Ladysmith Black Mambazo)
Niet enkel in Burundi werd ik bewogen in een groep gelovigen: op
aanraden van een jonge mama tijdens een van de twee avonden hier
rond geloofsopvoeding, zijn we met ons gezin naar de familiedagen
gegaan in de abdij van Drongen. Ik had ons bijna in een bevlieging
in geschreven, zonder veel overleg met de rest van het gezin. We
zouden wel zien. Toen we aankwamen werden we hartelijk ontvangen
door vele andere jonge gezinnen. Kinderen sjeesden door de kloostergangen,
er stonden boterhammen met beleg klaar. We kwamen samen, er was
een voorstellingsronde via een opdracht, we zongen samen terwijl
iemand op gitaar speelde en iemand op een keybord. Een weekend lang
vieringen, zingen, in kleine groepjes praten over geloof, per leeftijdsgroep
voor de kinderen en de ouders samen rond een kaars over levensvraagstukken.
Daarnaast balspelen, wandelen.
Het was een heel bijzonder weekend voor mij: iedereen was lief en
warm voor elkaar, er hing een sfeer van geborgenheid rond ons. Door
de openheid tijdens de gespreksronden, hoorden we hoe ieder gezin
kleine en grote zorgen kende, hoe ze hiermee omgingen. Mensen die
je twee dagen eerder van haar of pluim kende, stonden plots heel
dichtbij. De kinderen voelden zich er ook goed bij, hoewel we twee
keer per dag gingen bidden in de kapel en ze dit dus niet gewoon
zijn. Maar de combinatie van sereniteit, vrolijkheid en gezelligheid
maakten het helemaal niet zwaar. Ook hier denk ik dat de laagdrempeligheid
van de muziek een van de sleutels vormde voor het gevoel van samen
vieren.
Enkele weken geleden zijn we naar een viering gegaan van de Evangelische
protestantse kerk van Moeskroen. Mijn schoonzus gaat hier al twee
jaar naar de vieringen en had ons uitgenodigd voor de herdenking
van haar man die in Burundi gestorven is. Aan de ingang werden we
zoals alle anderen welkom geheten door twee mannen met een kus (in
Wallonië kussen ook mannen elkaar). Het eerste deel van de
viering bestond uit een uur lang lofzang zingen (louange):
op een scherm verschenen de teksten zoals bij karaoke. Op
het podium stonden een 10-tal jonge mensen met instrumenten en micros.
Hun enthousiasme werkte aanstekelijk voor de kerk die ook vol stond
met mensen van alle generaties. Ik stond er een beetje ongemakkelijk
stijf bij tussen al die spontaan bewegende mensen. Ook oude mensen
wiegden met hun armen tot ze na een tijdje terug gingen zitten op
hun stoel. Je zag mensen opgekleed, anderen helemaal niet, mannen
en vrouwen met tatoeages en mensen van verschillende etnische achtergrond.
Af en toe ging de deur van de babysit open, dan kwam een huilende
baby tevoorschijn en werd de mama er even bij geroepen. Alles verliep
spontaan. Ik was wel benieuwd naar de preek en had zo mijn vooroordelen
over de evangelische kerk. De jonge leraar in kostuum nam het woord
en gaf zijn uitleg via een powerpoint maar op een heel geïnspireerde
manier, via voorbeelden uit het dagelijks leven. Het was ook een
beetje interactief en de zaal riep regelmatig goedkeurend amen!.
Het thema was De Geest is de echte kracht van verandering
en la douceur, de zachtheid. Zo vertelde hij
dat hij zelf vroeger een heel moeilijke adolescent was en bijna
gebroken had met zijn ouders. In plaats van razend te zijn, was
zijn vader ooit heel stil op zijn kamer komen zeggen zoon,
je doet ons veel pijn. Die houding van zijn vader had hem
uiteindelijk tot inzicht gebracht. Hij vertelde verder: in onze
samenleving is er veel egoïsme, geweld, maar omdat het zo wijdverspreid
is, wordt het als gewoon beschouwd. Door te leven zoals Jezus het
ons geleerd heeft, moeten we de andere overtuigen dat het anders
kan. Niet terechtwijzen maar goed-zijn, het goede voorbeeld geven.
Enkel zo kunnen we de mensen rond ons uitnodigen tot verandering.
Eigenlijk dezelfde boodschap als wij brengen, maar in een andere
vorm, zeer toegankelijk, via voorbeelden, anekdotes, en met veel
overtuiging en charisma gebracht. Op een bepaald moment zei hij:
Joslin, zit eens stil tegen een klein jongetje op de
eerste rij. Omdat sommige mensen misschien schrokken, zei hij lachend:
ik mag dat, het is mijn zoon. Het ging er dus allemaal
heel gemoedelijk aan toe. Tegen het einde van de preek vroeg hij
de familie en vrienden van mijn schoonzus naar voor te komen. Hij
vroeg Jezus haar kracht te geven in haar uitzichtloze situatie.
We legden onze hand op haar terwijl de pastor vurig bad. Achteraf
vertelde zij aan hem dat ze de kracht gevoeld had en dat enkele
andere mensen die ook hadden gevoeld.
Die zondag trad ook een groep Amerikaanse christenen op die een
week op uitwisseling waren in hun gemeenschap en samen multiculturele
liederen hadden gecomponeerd. Toen ik erover sprak met mijn schoonzus,
vertelde ze dat in deze gemeenschap discussie bestond tussen enerzijds
de oudere generatie, die vindt dat het goed is zoals het was, en
de jongere generatie die het bestuur heeft opengetrokken voor jonge
leden en onder andere een Afrikaanse dominee.
Laten we als lezing luisteren naar het verhaal van Pinksteren. De
apostelen die zich eerst hadden opgesloten in een neerslachtig gevoel
dat het einde nabij was en het alleen nog maar bergaf kon gaan,
raken als door een storm begeesterd en beginnen de positieve boodschap
te verkondigen in alle talen.
Lezing uit Wind en vuur (Averbodes Jeugdbijbel,
p.178-179)
Als we zeggen: wij zijn een geloofsgemeenschap, en wie vieren samen,
klopt dat dan helemaal? Mijn kinderen zeggen we gaan naar
de mis, maar als ik zou zeggen, we gaan naar de viering, zouden
ze hun wenkbrauwen fronsen. Vieren? Waarom is iedereen dan zo serieus?
Als ik in andere gemeenschappen zoals in Burundi, in de abdij van
Drongen of in de Evangelische kerk van Moeskroen mensen enthousiast
zie, vol overgave en begeesterd, dan voel ik dat aan als een gemis.
Het zou zoveel natuurlijker zijn mocht ik even begeesterd zijn,
ook zoveel eenvoudiger om de kinderen aan te steken in dit enthousiasme.
Ik denk ook dat veel jonge mensen en jonge ouders op zoek zijn naar
een groep met deze begeestering, waar er plaats is voor een stuk
overgave. Ik ben ervan overtuigd dat zon bezieling
moet kunnen samengaan met de kritische en constructieve geest hier
op filosofenfontein. Begeestering hoeft niets esoterisch of zweverig
te hebben. Maar die twee voeten in de Vlaamse klei hebben ons wat
te serieus gemaakt, alsof er helemaal niets te vieren valt.
De Duits/Colombiaanse Elfriede Hart, lid van het Coördinatie
Team van het Europese Netwerk Church on the move zegt dat
gemeenschappen zich vormen rond twee assen: de psychologische en
de politieke. Mensen die een groep vormen om een project te bereiken,
hebben vooral die politieke as. De psychologische dimensie is het
gevoel van de mensen dat ze erbij horen, deel zijn van een groter
geheel, een gevoel van veiligheid en vriendelijkheid. Volgens Hart
kent een gezonde kerkelijke gemeenschap ook deze beide aspecten.
Progressieve katholieken komen samen omdat ze de wereld willen veranderen
en sociale gerechtheid tot stand brengen. Dat is de politieke dimensie
van hun gemeenschap. Zeker in landen met grote sociale onrechtvaardigheid
en wantoestanden komen mensen samen tegen onrecht en marginalisering.
Ze willen de krachten bundelen en verandering bekomen. Maar dit
is niet gemakkelijk en als zon groep of gemeenschap dan niet
de psychologische dimensie heeft of kan ontwikkelen groeit ze niet
meer. Nieuwe jonge leden aantrekken wordt moeilijk.
Met de laatste evoluties van filosofenfontein wordt duidelijk dat
er gewerkt wordt aan onze gemeenschapschap. Naast de politieke of
noem het misschien eerder structurele dimensie, is het belangrijk
ook aandacht te hebben voor die psychologische dimensie. En niet
enkel voor de vaste kern die zich goed thuis voelt, ook voor nieuwe
mensen, van alle leeftijden en niet te vergeten de jongeren. Voorbije
woensdag zaten we samen met een aantal mensen die de kindernevendienst
willen ondersteunen. Het meer aandacht geven aan jongeren kwam hierbij
aan bod. Enerzijds is het goed op regelmatige basis een kindernevendienst
te hebben, anderzijds zou er ook meer aandacht voor hen moeten kunnen
zijn tijdens de vieringen die nu vooral op volwassenen zijn gericht.
Verschillende ideeën zijn geopperd om verder uit te werken,
zeker hoopvolle initiatieven!
En wat anders hebben we als gemeenschap nodig dan de geest die over
ons komt, de geest die ons bezielt, enthousiast maakt, die er een
positief verhaal van maakt, die ons niet doet terugplooien op onszelf
maar die ons richt op de ander, het andere, het nog onbekende maar
het welgekomene. Wij hebben nood aan energie, levensadem, geestdrift.
Laten wij als gemeenschap bidden om die bezieling! Amen.
Lied: Alleluia (Congolese ritus)
Tafelgebed: 150
Communie: CD Ladysmith Black Mambazo: Nxa Ebizwa Amagama, Mamazola
Bij tafelgebed lied 540: Brood op tafel
Slotlied 550: Er kan hier wat veranderen
|