20 februari 2011 : zevende zondag
Bemin je vijand (Mattheüs 5, 38-48)
Geert Craps
Beginlied 514 Stem als een
zee van mensen
Inleiding
De lezing van
vandaag is het laatste stuk van hoofdstuk 5 van de Bergrede. De
"antitheses" in dat hoofdstuk houden een oproep in om
te streven naar de mateloosheid van God. Vandaag horen we de laatste
oproep: jullie hebben gehoord dat je je vijand moet haten, en je
naaste moet liefhebben, maar ik zeg u: heb je vijand lief. Jef heeft
twee weken geleden een herkenbaar gevoelen verwoord: hoe kunnen
we vermijden dat zo'n oproep voor ons een berg wordt waar we tegenop
zien, waardoor we verlamd kunnen geraken. De vraag is dubbel: wie
zou ik wel als mijn vijanden moeten beschouwen? En hoe zou ik die
dan moeten liefhebben?
De Leuvense filosoof
Paul Moyaert neemt naar aanleiding van zijn boek De mateloosheid
van het christendom: de meest radicale positie in "In het
christendom heeft barmhartigheid te maken met twee geboden: "bemin
de ander als jezelf, en heb je vijanden lief." Nee, dat zijn
geen lastige geboden, ze zijn onmogelijk." "Heb je vijanden
lief', gaat in tegen al onze intuities, volgens Moyaert: "Als
ik iemand die mij kwaad berokkent, zou moeten liefhebben, zou moeten
omhelzen, dan weet ik werkelijk niet meer wat liefde inhoudt. Straffen,
dat doen we met een vijand. Wie daar de rechtvaardigheid niet van
inziet, dient moreel opnieuw te worden opgevoed."
Als je de twee concepten, vijand en liefhebben, in hun radicaliteit
doordenkt, dan plaatst ook dit gebod in de Bergrede ons voor een
onoverkomelijke, verlammende opdracht. Zijn er manieren om met deze
oproep om te gaan, die de mateloosheid van de keuzes in ons geloof
niet uit de weg gaan, en toch bevattelijk zijn voor ons? Wat kan
zon oproep dan nog betekenen voor ons? Ik zou vandaag met
u hierover wat ideeën willen delen.
Openingsgebed
: Huub Oosterhuis, Gebeden en Psalmen, p. 210
Tussendoor 565: "Wees niet verbaasd als u de wereld haat"
Onlangs heb ik
het boek Het Lucifereffect van Philip Zimbardo gelezen. Zimbardo
is een Amerikaanse sociaal-psycholoog, die vooral bekend is geworden
door zijn Stanford prison experiment. In dat experiment worden gezonde
jonge mannen voor veertien dagen in een kelder van de universiteit
van Stanford ondergebracht, waar een soort namaakgevangenis is ingericht.
Binnen twee dagen ontstaan er misbruiken, en problemen met gevangenen
zoals in elke reguliere gevangenis. Conclusie van Zimbardo: het
is mogelijk dat doodgewone mensen, als je ze in een slechte omgeving
plaatst, overgaan tot onmenselijk gedrag, zich zelfs te buiten gaan
aan gewelddaden. Een analyse die hij deelt met bv. Hanna Ahrendt,
die, naar aanleiding van het proces van de nazi-beul Eichman komt
tot het concept "de banaliteit van het kwade": ook een
banale, gewone burgerman kan omslaan tot een nazi-misdadiger.
Het boek van
Zimbardo is zeer choquerend: hij beschrijft talloze experimenten
die zijn stelling onderbouwen, en past zijn analyse ook toe op diverse
recente vormen van geweld en misbruik, zoals het geweld in de genocide
van Rwanda, het misbruik in Abu-Ghraib en Guantanamo. Telkens weer
blijkt dat het heel normale burgers zijn, die in staat zijn tot
verschrikkelijke daden.
Een van de belangrijke
factoren waarom het mis kan gaan in dergelijke situaties zijn de
processen die Zimbardo depersonalisatie en ontmenselijking noemt.
Bij depersonalisatie streef je ernaar om zelf anoniem te blijven,
bv. door een of andere vorm van uniform aan te trekken, je naam
niet te noemen, je te beroepen op regels. Je reduceert jezelf tot
werktuig. Dat maakt het makkelijker om je verantwoordelijkheid te
minimaliseren.
Ontmenselijking is het tweede procedé. Daarbij neem je je
medemens zijn menselijke kwaliteiten af. Dat kan gebeuren door er
een algemeen label op te plakken (de vreemdelingen,
de Marokkanen, de woonwagenbewoners). Een
ander veelgebruikte manier is mensen te vergelijken met dieren (wat
een varkens, of stomme baviaan!). Zimbardo geeft bv. een heel interessante
analyse van de oorlogspropaganda van WOII, waarin de vijandelijke
troepen worden afgebeeld als meutes honden of roofdieren. Maar dergelijke
processen komen in alle vormen en maten voor. Ik geef het toe, ik
heb de kamer van mijn kinderen ook al wel eens een varkensstal genoemd
(en terecht, volgens mij
).
Onder ander op basis van
die processen ontstaat vijanddenken: wij tegenover zij.
Jezelf én de ander in de anonimiteit duwen maakt ons minder
menselijk tegenover elkaar. En dan klinkt plotseling de oproep uit
het evangelie van vandaag.
Lezing: Mattheüs
5, 38-48
38 Jullie hebben
gehoord dat gezegd werd: Een oog voor een oog en een tand
voor een tand. 39 En ik zeg jullie je niet te verzetten
tegen wie kwaad doet, maar wie je op de rechterwang slaat, ook
de linkerwang toe te keren. 40 Als iemand een proces tegen je
wil voeren en je onderkleed van je wil afnemen, sta hem dan ook
je bovenkleed af. 41 En als iemand je dwingt één
mijl met hem mee te gaan, loop er dan twee met hem op. 42 Geef
aan wie iets van je vraagt, en keer je niet af van wie geld van
je wil lenen.
43 Jullie hebben gehoord dat gezegd werd: Je moet je naaste
liefhebben en je vijand haten. 44 En ik zeg jullie: heb
je vijanden lief en bid voor wie jullie vervolgen, 45 alleen dan
zijn jullie werkelijk kinderen van je Vader in de hemel. Hij laat
zijn zon immers opgaan over goede en slechte mensen en laat het
regenen over rechtvaardigen en onrechtvaardigen. 46 Is het een
verdienste als je liefhebt wie jou liefheeft? Doen de tollenaars
niet net zo? 47 En als jullie alleen je broeders en zusters vriendelijk
bejegenen, wat voor uitzonderlijks doe je dan? Doen de heidenen
niet net zo? 48 Wees dus volmaakt, zoals jullie hemelse Vader
volmaakt is.
Bedenkingen
bij de lezingen
Ik heb geen samenhangende
en afgeronde theorie over deze evangelielezing. Ik wil u alleen,
in samenhang met de lectuur van het boek van Zimbardo, wat bedenkingen
meegeven.
1. Toen ik de lezing van vandaag las, vroeg ik mij af wie is mijn
vijand eigenlijk? Zijn moslimterroristen mijn vijand? Is een collega
in een concurrerend bedrijf een vijand? Is bisschop van Gheluwe
mijn vijand? Is het perverse banksysteem mijn vijand? Is Noord-Korea
mijn vijand?
Omdat het kwade
banaal is, bij ieder kan voorkomen, kan de vraag ook worden omgekeerd:
wanneer stel ik me op als vijand? Het boek van Philip Zimbardo toont
aan dat die vraag niet ondenkbeeldig is, en dat we ze ook niet mogen
minimaliseren. Een belangrijke conclusie uit het onderzoek van Zimbardo
is: onderschat de mechanismen van het vijanddenken niet. Ieder van
ons hanteert die mechanismen uit zelfbescherming, om te voldoen
aan sociale normen. Alleen: bevrijdend is deze boodschap niet. Ze
leidt snel tot een negatieve benadering van zelfbeschuldiging. Het
is dus een belangrijke constatering, maar geen positieve boodschap.
2. De ethische
oproep van deze passage uit het evangelie is er een om de stilte
te doorbreken. Het is een oproep `actief goed te doen'. In die zin
is dit evangelie een bemoediging voor al wie de stap zet in zijn
leven om zich actief in te zetten tegen onrecht. In het laatste
hoofdstuk van zijn boek gaat ook Zimbardo een stap verder: hij roept
op tot heldendom. Zimbardo pleit voor het ontwikkelen van "heldhaftige
verbeeldingskracht", bijvoorbeeld door waakzaam te blijven
voor onrecht, niet bang te zijn om een confrontatie aan te gaan
en bij je ethische principes te blijven, enzovoort. En vervolgens
ook een stap verder te gaan, en, mentaal gesterkt, ook actie te
ondernemen om actief onrechtvaardige situaties recht te zetten.
3. Wat gebeurt
er als je op die manier je vijanden bemint? Wat gebeurt er als ik
bewust mijn gedrag wijzig en mij liefdevol gedraag tegenover wie
zich tegenover mij vijandig gedraagt, of wie ik als vijand beschouw?
Er gebeuren op
zijn minst twee dingen: één, je geeft jezelf bloot,
je laat jezelf kennen als individu. Je gaat in tegen het proces
van de-individualisering dat Philip Zimbardo aangeeft, je verschuilt
jezelf niet meer in de anonimiteit. Je komt uit voor je wil om iets
te veranderen. En twee: je geeft een naam, en identiteit aan je
medemens, die tot dan toe gewoon "de vijand" was. Hij
wordt weer iemand met een persoonlijkheid. Je geeft je niet over
aan de dehumanisering van Zimbardo: een medemens is geen varken
of een baviaan: hij wordt opnieuw een mens. Je vijanden beminnen
zet de tegengestelde beweging in gang van de psychologische processen
die geidentificeerd worden als componenten van het vijanddenken.
De spiraal wordt doorbroken.
4. Ten
slotte: als iemand je niet geregeld bewust maakt van je menselijke
kanten, lukt het niet. Phil Zimbardo is met zijn gevangenisexperiment
gestopt toen zijn verloofde op een bepaald moment inzag dat de studenten
die deelnamen aan het experiment, psychisch lijden ondervonden.
Zij heeft hem toen voor de keuze gesteld: stoppen, of het was afgelopen
tussen hen twee. Zimbardo zag achteraf in dat hij zo ver was meegegaan
in zijn eigen experiment, dat hij er zelf deel van werd, en het
probleem niet meer 7.ng. Het geeft me het idee dat we het niet alleen
kunnen. De steun van de ander, maar ook van de Ander is noodzakelijk
om een moraal of ethiek te ontwikkelen. We hebben de stem van De
Ander nodig, het woord dat klopt aan mijn gehoorbeen, de stem die
aanhoudt. Uiteindelijk is dat wat God betreft immers geen geen verwijtende,
beschuldigende stem. Het is "Gij die mij vasthoudt".
Laten we in het vervolg
van deze viering dankbaar zijn voor al onze anderen.
Offerande (Tallis: Loquebantur
variis linguis : cd. track 9)
Groot dankgebed: Huub Oosterhuis
Gebeden en Psalmen p. 135/
Refrein 001: "Wie anders zal de wereld dragen"
Onze Vader - Vredeswens
Communie (Tallis: O Sacrum Convivium cd track 6) - Stiltemoment
Communielied 369 Als een Levende gaat hij u voor
Slotbezinning (gebed van Sint
Franciscus)
Heer, maak mij tot een instrument
van uw vrede.
Doe mij liefde zaaien waar
haat is,
Doe mij vergeven waar men elkaar kwetst,
Doe mij geloven waar twijfel is,
Doe mij hopen waar wanhoop is,
Doe mij lichten waar duisternis heerst,
Doe mij vreugde brengen waar droefheid is.
Geef toch dat ik er meer
wil troosten dan getroost te worden,
meer wil begrijpen dan begrepen te worden,
mee wil beminnen dan bemind te worden.
Want door te geven krijgen
wij,
door te vergeven worden wij vergeven,
en door te sterven worden we tot eeuwig leven geboren.
Amen.
Zegen
|