3 april 2010: Paasnacht
Vertrouwend op Gods kracht
Marcel Braekers
Openingszang: 560 solozang
Gij zijt boven de zee
Zilveren poolster zijt Gij.
Op U varen wij.
Ik was verheugd toen men mij zei:
Op hem varen wij.
Eeuwige vlam van vrede
ontsteek in ons uw vrede.
Hoge wakende, Gij zijt stilte,
Nacht van eeuwigheid tot eeuwigheid.
(H. Oosterhuis)
|
Fra Angelico (klik op afbeelding voor vergroting)
|
Begroeting
Als de richtinggevende
poolster boven de uitgestrekte oceaan van ons zoekend bestaan, zo
zijt Gij er voor ons. Gij, vuurbaken naar de vrede, oord van sprekende
stilte. In deze nacht neemt Gij ons op in uw geschiedenis van bevrijding.
Overgelaten aan onszelf lijkt onze wereld te verzinken in chaos,
in rechteloosheid en zonder toekomst. Daarom varen wij op U en lezen
verhalen over uw scheppingskracht, uw zorg om het lot van elke verdrukte,
uw toekomstmens Jezus van Nazareth. Gij, zilveren poolster: mochten
ook wij in verstillende huiver uw kracht ondergaan.
Samen herhalen van 560
Gods kracht in de geschiedenis
Enkele dagen
geleden bezocht ik Johan in het ziekenhuis. Bijna 90, maar helder
en scherpzinnig begon hij ons gesprek als vanuit het niets. Over
de verrijzenis en de verschijningsverhalen in het evangelie. Ongewoon
is het niet dat op die leeftijd dit thema ons beroert. Maar de ervaring
heeft mij geleerd dat iedereen met dit aspect van ons geloof worstelt.
En al gaat het theologisch om het hoogtepunt van ons geloof, toch
geeft het aan deze nacht een bijzondere kleur. Het betekent dat
we in deze nacht ons zingend, biddend en luisterend laten meevoeren
in een werkelijkheid waarop alle kennis stuk loopt.
Het geloof in de verrijzenis is namelijk met een heel andere zone
van onze persoon verbonden en heeft te maken met vertrouwen en overgave.
Het gaat niet om een filosofische vraag over ziel en lichaam of
over tijd en eeuwigheid, maar om gelovig toevertrouwen dat groeit
vanuit een lange geschiedenis van heil zoals opgetekend in de Bijbel
en vanuit onze persoonlijke ervaring hier en nu.
Daarom lezen wij in deze nacht stukjes uit die geschiedenis: over
de Schepping, de Uittocht, de geschiedenis van Jezus. En we leggen
die geschiedenis tegen ons eigen verhaal, onze ervaring hier en
nu van Gods aanwezigheid.
Genesis 1, 1-2,4
Lied 316: Die mij droeg op adelaarsvleugels
Zo begint de
Bijbel, met de idee dat heel de kosmos en de evolutie in de natuur
met God te maken heeft. In een eindeloos liefdevol gebaar geeft
God als een eeuwig barende leven aan alles wat leeft. Hij reikt
het aan als een weerloos geschenk zonder iets terug te vragen en
in respect voor onze autonomie. Schepping noemen wij het om te onderlijnen
hoe verschillend het is van wat wij zelf met het leven doen.
Dat is de geschiedenis die daarop volgt: die van Kain en Abel, van
Noach en de zondvloed, van Abraham en Lot. Een rauwe geschiedenis
van moord, verval en onderdrukking. Maar telkens duikt daarbij een
lichtpuntje op: het moment dat mensen zich omkeren of omhoog zien
en vertrouwend hopen dat God met hen meegaat.
Zo begint ook de geschiedenis van het Joodse volk. Niet meer die
van een of ander individu, van een familie of clan, maar van een
volk dat zo sterk op hun God vertrouwde dat ze het aandurfden uit
hun situatie van slavernij weg te vluchten.
Zo werd God niet alleen een Scheppingsgod maar ook een Uittochtgod.
Uittochtverhaal: N. ter Linden: Het land onder de regenboog,
188-191
Lied 582: Hoe ver te gaan
Wijding van het water
Allen: Water dat mijn
dorst lest
tegenstroom die mij beangstigt
water dat mij draagt naar Jouw overkant,
zee van uw oneindige horizon.
Was mij, maak mij schoon,
zuiver mij van kwaad en zonde,
laat mij drinken aan uw bron.
Priester: Zegen, God,
(+) dit water van uw schepping
waardoor uw volk naar de vrijheid trok
en waarin Jezus werd gedoopt, bezield door uw Geest.
Mochten wij die ons tekenen met dit water
volstromen van U en van elkaar
En zo een nieuwe schepping beginnen.
Derde lezing: uit de brief van
Paulus aan de Romeinen 6, 3-9
Lied 391: Dan komt de dag
Wijding van het Licht
Van het opgaan der zon tot haar
ondergaan:
Gezegend zij uw Naam, bron van licht en leven.
U bent het licht, het donker is voor U geen duisternis.
U bent meegetrokken met een groep vluchtelingen
Als een beschermende wolk in de dag,
En als een zuil van vuur in de nacht.
U hebt met uw licht het dode lichaam van Jezus omhuld.
Zegen (+) dit nieuwe vuur,
dat voor ons uit zal schijnen op de weg die wij hebben te gaan.
van duisternis naar licht, van angst en eenzaamheid naar leven
in verbondenheid.
Maak in ons het verlangen wakker om nieuwe mensen te worden
Die herboren zijn in Jezus, uw toekomst-mens, licht dat ons aanstoot.
Doorgeven van het licht
3 x zingen: Licht van Christus Heer wij danken U.
Paasboodschap: Johannes 20,
1 -18
Hymne aan het licht 365: Licht dat ons aanstoot in de morgen
kaarsjes worden rond de paaskaars gezet
Homilie
Over de verrijzenis
wordt meestal gesproken als over een filosofisch probleem. Wat gebeurt
er met ons lichaam? Wanneer heeft die verrijzenis plaats: direct
na de dood of op het einde der tijden? Wat met degenen die niet
geloven? Gaat verrijzenis niet over leven voorbij dit leven en voorbij
deze wereld, wat valt daarover nog te zeggen? Daarbij wezen de
meesters van de verdenking ons op allerlei verborgen motieven.
Dat ons narcisme zo groot is dat we onze eindigheid niet accepteren.
Dat we een zoethouder construeerden voor degenen die we nu onderdrukken,
opdat ze zich koest zouden houden.
Het zijn allemaal vertrouwde vragen geworden die tot voorzichtig
spreken stemmen en toch wil ik een ander spoor volgen: een spoor
van intuïtie en gevoel, niet tegen de ratio, maar verwijzend
naar een andere zone van onze persoon die men tegenwoordig teveel
wantrouwt.
De idee of het geloof in de verrijzenis is namelijk verbonden met
een verhaal. Enerzijds met een verhaal van mensen voor ons en anderzijds
met onze persoonlijke geschiedenis. Wat het verhaal voor ons betreft,
daarover hoorden wij in de lezingen enkele fragmenten. Het geloof
dat alle leven uiteindelijk een ontvangen leven is waarover wij
slechts hoederecht kregen. Het vertrouwen van Abraham dat zo sterk
was dat hij weigerde om nog kinderoffers uit te voeren. Geloof of
vertrouwen dat zo krachtig werkte dat mensen tegen alle logica in
uit hun situatie van verknechting durfden breken. En tenslotte het
vertrouwen dat God deze tsaddick, deze Gerechte niet in het
niets liet vallen maar over de dood heen opnam in zijn Licht.
In al die situaties ging het om mensen die geloofden dat hun leven
gedragen werd door Iets of Iemand die totaal anders was dan alles
in dit leven. Zij vertrouwden op deze Kracht waardoor aan hun situatie
van vervreemding of van uitzichtloosheid een einde kwam. Vanuit
die geschiedenis gezien gaat de verrijzenis om veel meer dan leven
voorbij de dood, maar allereerst om een verhaal van omkeer, van
overgave en hoop.
Wij, westerlingen, zijn individualisten waardoor de impact van de
geschiedenis ons niet veel meer zegt. Maar voor de Joden was die
geschiedenis dikwijls belangrijker dan hun persoonlijk verhaal:
mijn ouders en grootouders geloofden in die God waardoor aan
hun verhaal een wending werd gegeven, dus zal het wel juist zijn
zo dacht men. Zou het kunnen dat ons vertrouwen een andere kleur
zou krijgen als we terug iets meer deze band met de geschiedenis
zouden herstellen zoals in de tijd van de Bijbel?
Naast die geschiedenis van vertrouwen en heil is er ons persoonlijk
verhaal. Geloof in de verrijzenis wordt maar levensecht als het
groeit vanuit vertrouwen en verbondenheid hier en nu. Kern van ons
geloof is toch dat onze diepste grond God toebehoort, dat er iets
in onze persoon wachtend en hopend uitziet om van goddelijk licht
doorstroomd te worden. Centrum van ons geloof is dat onze diepste
kern onszelf niet toebehoort, maar stilte en openheid is, verlangen
en wachten om door de Godheid vervuld te worden. Waar dat gebeurt,
waar die goddelijke God zo in mensen geboren wordt, ontstaat een
leven dat boven alle wisselvalligheid en eindigheid overeind blijft.
Dat het zo kan zijn zien we dagelijks in ons of om ons heen. Het
drijft mensen om boven zichzelf uit met onvermoede kracht de aarde
te behoeden, het leven van de zwakksten te ondersteunen. Het geeft
mensen een houvast om in pijn en ziekte overeind te blijven. En,
waarom niet, het is de geboorte van een leven dat in God geborgen
de dood en het doodse overstijgt.
Mocht die geboorte van Licht in deze Paasnacht aan ons gebeuren.
Lied 369:
We hebben een nieuw paaslied met tekst van Kris Gelaude en muziek
van Arnout Malfliet. Een muzikaal heel eenvoudig en in zijn harmonie
alle aandacht voor de tekst wil bewaren. De tekst verwijst naar
het verrijzenisverhaal in het Johannesevangelie waar Maria van Magdala
vroeg in de morgen naar het graf gaat. Ik zou aan Kris willen vragen
om haar tekst te komen voordragen en samen met Arnout en Geert zingen
we tot we tranen van vreugde voelen opkomen.
(Tekst en muziek gratis beschikbaar mits bronvermelding)
Hernieuwing van de doopbelofte
Broeders en zusters,
reeds voor onze geboorte en ook later
werden wij opgenomen in een verhaal van liefde tussen mensen.
Zij hielpen ons open te komen voor deze wereld en
voor het Geheim dat alles draagt.
Door hun gezicht gingen wij zoeken naar Gods aangezicht.
In deze nacht worden wij uitgenodigd persoonlijk te kiezen
voor deze God voor de boodschap van Jezus, zijn geliefde Zoon.
Daarom vraag ik u:
Ben je bereid je te verzetten
tegen alles wat Gods schepping verduistert, tegen het onrecht
in deze wereld. Ben je bereid om met al je talenten te bouwen
aan deze aarde tot ze een tuin van vrede en geluk zal zijn.
Allen: JA, DAT BELOVEN WIJ
Kun je geloven dat boven alle
onrecht, lijden en dood een levensstroom van goedheid ons wil
dragen, dat er een gemeenschap is rond de verrezen Heer die gestalte
wil geven aan Gods zorg om de mens?
Allen: JA, DAT GELOVEN WIJ
Ben je bereid je leven te delen,
het prijs te geven, opdat de meest kwetsbaren een ereplaats krijgen?
Ben je bereid om niet als heerser maar als een behoeder Gods schepping
tot voltooiing te brengen?
Allen: JA, DAT WILLEN WIJ
Geloof je in Jezus als Gods dienaar
en veelgeliefde zoon, geloof je dat Hij voor ons kan zijn: weg,
waarheid en leven?
Allen: JA, DAT GELOVEN WIJ EN DAARIN WILLEN WIJ ELKAAR BEMOEDIGEN,
OPDAT WE ZOUDEN LEVEN ZOALS HIJ. DAT ZIJN GEEST ONS MAG BEZIELEN
EN VOEREN IN GODS HERSCHEPPENDE GROND.
Iedereen komt naar voor om zich
te tekenen met het water van de doop.
Groot dankgebed nr. 155: Wees
hier aanwezig in uw woord
Slotlied nr. 583: Uit staat
en stand en wijsheid losgewoeld
Gebed
Licht, ontloken aan het donker,
Licht, gebroken uit de steen,
Licht, waarachtig levensteken,
Werp uw waarheid om ons heen.
Licht, geschapen, uitgesproken,
Licht, dat straalt van Gods gelaat,
Licht uit Licht, uit God geboren,
Groet ons als de dageraad.
Licht, aan liefde ontstoken,
Licht, dat door het donker brandt,
Licht, jij lieve lentebode,
Zet de nacht in vuur en vlam.
Licht, verschenen uit de hoge
Licht, gedompeld in de dood,
Licht, onstuitbaar, niet te doven,
Zegen ons met morgenrood.
Licht, straal hier in onze ogen,
Licht, breek uit in duizendvoud,
Licht, kom ons met stralen tooien,
Ga ons voor van hand tot hand.
(S. de Vries, Zolang wij ademhalen, p. 167)
|