4 oktober 2009: 27° zondag
Mag een man zijn vrouw verstoten?
(Mc. 10, 1 12)
Marcel Braekers
Intredezang 510: Wees
hier aanwezig
Begroeting
Relaties staan in onze samenleving
onder sterke druk. Alle relaties, zowel die tussen partners, tussen
ouders en kinderen, vriendschapsrelaties, collegiale. Mensen leven
minder dan vroeger in een groot familieverband en dus moet alle
warmte en erkenning binnen die kleine cel worden ervaren. De mobiliteit
is toegenomen waardoor men minder dan vroeger verbonden raakt met
een (woon)plaats, met de buurt, enz. Meestal hebben de twee ouders
een eigen job en een eigen werkritme. Ouders en opgroeiende kinderen
leven dikwijls in een andere levenscultuur. Er is veel minder tijd
voor vriendschap, enz. Dat alles is ervoor verantwoordelijk dat
mensen zich vlugger leeg voelen, het gevoel hebben voort te hollen
zonder nog te weten waartoe. Relaties springen gemakkelijker stuk,
omdat men er zoveel van verwacht en men met het gevoel leeft dat
men hier en nu gelukkig wil zijn. Geduldig wachten tot iets wat
vast zit weer soepeler wordt is er niet meer bij.
De lezingen van deze zondag gaan over huwen, huwelijkstrouw en ontrouw,
maar ik vroeg mij in de loop van de week af welke kant je met deze
teksten uit kunt zonder te vervallen in een gemakkelijk discours
vanuit de hoogte zoals vaak in kerkelijke kringen gebeurt. Het ideaal
waarover men spreekt is geen ideaal maar norm geworden waarmee men
oordeelt en veroordeelt. Dat vind ik verschrikkelijk. Priesters
die gescheiden mensen de communie weigeren, een instituut dat iemand
ontslaat wegens scheiding gedragen zich onchristelijk, anders dan
Christus zou handelen.
Laten we deze viering beginnen
met een gebed voor al diegenen die het aandurven elkaar trouw te
beloven boven alle wisselvalligheden. Bidden wij voor degenen die
gekwetst en vernederd worden binnen zon relatie. Bidden wij
voor degenen die een nieuwe start nemen. Voor de kinderen die dikwijls
het grootste slachtoffer zijn in huiselijke conflicten. Dat allen
in God een schuilplaats mogen ontdekken waar ze kunnen herbronnen
en kracht ervaren om hun leven te herwaarderen.
Smeeklitanie 139: Wees
Gij het woord, Gij de stilte
Gebed
Gij, die
De morgen ontbood
En het licht hebt geroepen,
Gij, ondoofbaar vuur,
Als een zon
Over ons opgegaan
Vat ons samen
In uw stralen,
En laat ons gedijen
In uw ogen.
Gij, die
De weerstand van de nacht
Wilt breken
En onze toekomst
Afdwingt aan het donker,
Gij
Zegen ook ons
Met uw licht. (S. de Vries,
Zo lang wij adem halen p. 10)
Inleiding op de lezingen
In het evangelie wordt een discussie
beschreven tussen Jezus en de Farizeeërs over echtscheiding.
De Farizeeërs vragen wat volgens de Wet mag en niet mag. Jezus
daarentegen zit met een heel ander concept. Hij denkt niet volgens
een negatieve verbodsmoraal maar verwijst naar het scheppingsverhaal
en het ideaal dat daar wordt verwoord. Het scheppingsverhaal is
ons goed bekend: God brengt Adam in een diepe slaap en maakt uit
een rib een vrouw. Vooral de uitroep van Adam dat zij mannin
zal heten schiet vrouwen terecht in het verkeerde keelgat. Alle
leven wordt immers uit een vrouw geboren. Maar de Joodse patriarchale
cultuur had zoveel moeite met de vroegere matriarchale dat ze de
zaak gewoon ging omkeren.
Los van deze culturele hebbelijkheden zit in dit mythische verhaal
(want dat is het toch) een bijzonder mooie gedachte. Het verhaal
verwoordt op een beeldrijke manier waarom twee mensen zo door elkaar
kunnen gefascineerd zijn: omdat de één een rib heeft
van de ander. In hedendaagse termen zouden we zeggen: de een heeft
een onbewuste kern of beeld van de ander. Die twee worden één,
want vrouwelijk en mannelijk horen samen.
Genesis 2, 21-25
Lied 548: Nu nog met halve woorden
Marcus 10, 1-12
Homilie
Is het toegelaten dat een man zijn
vrouw verstoot? Neen. Mogen mensen scheiden en verbreken wat God
heeft verbonden? Ja. Maar niet zomaar waarbij je de ander verstoot
en kinderen tekort doet die niet hebben te kiezen. Soms is scheiden
het minste kwaad en is het de enige manier om binnenechtelijk geweld
te stoppen. Op het CGG waar ik werk hebben we een therapeutische
groep we noemen hem de rode groep van
mannen die veroordeeld werden of spontaan hulp voor zichzelf zoeken
omwille van geweld binnen de relatie. Misschien zult u zeggen dat
het om zeer uitzonderlijke situaties gaat, maar dat kan ik met cijfers
tegenspreken. De concrete levenssituatie kan soms zodanig zijn dat
algemene principes of mooie idealen niet meer gelden. Ik wil dus
allereerst klare taal spreken en zeggen wat ik denk vooraleer dieper
en met nuances in te gaan op de tekst uit het evangelie.
In de oudste Joodse samenleving was een huwelijk op de eerste plaats
een overeenkomst tussen twee families. Daarbij was het meisje een
deel van de totale, zakelijke overeenkomst. Latere scheiding of
ontrouw was daarom niet ongewoon. Oorspronkelijk was dat alleen
het recht van de man, vrouwen konden niet scheiden. Ook als een
man een andere relatie aanging bleef zijn vrouw zijn bezit. Vandaar
dat in het boek Deuteronomium een wet staat, of beter nog een raad,
dat een man bij scheiding een scheidingsbrief moet schrijven waardoor
de vrouw opnieuw vrij werd en eventueel een nieuwe relatie kon aangaan.
Deze wet was tot stand gekomen omwille van de hardheid van
uw hart zegt Jezus terecht.
Zo was de situatie in de tijd van, Jezus. De verschillende rabbijnse
scholen hanteerden daarbij heel andere criteria. Volgens rabbi Shammai
mocht een man alleen scheiden als zijn vrouw overspel had gepleegd
(zoals ook in het evangelie van Matteüs staat). Volgens rabbi
Hillel waren veel redenen voldoende: als de vrouw teveel grommelde
of slecht kookte mocht een man scheiden. Volgens rabbi Aqiba was
het voldoende dat een man een andere vrouw mooier vond om te scheiden.
Dat alles klinkt natuurlijk helemaal niet fraai en heel vernederend,
maar het is in deze context dat men de houding van Jezus moet plaatsen.
De Farizeeërs willen daarom weten welk standpunt Jezus inneemt
en vragen of een man zijn vrouw mag verstoten. Er staat letterlijk:
zich van haar ontdoen (apoligein). Waarop Jezus terecht zegt: neen.
Niemand mag in gelijk welke situatie als een nietswaardige vod gedumpt
worden.
Maar wetend dat in verband met scheiding zoveel verschillende standpunten
bestonden, gaat Jezus een stap verder en verwoordt Hij zijn visie
op het huwelijk. De vraag is dan niet wat wel en niet is toegelaten,
of men wel of niet seks heeft gehad zoals Clinton de discussie voerde.
En de vraag is niet of het om betaalde of vrij gekozen seks ging
zoals Berlusconi wil laten doorschemeren. Daarmee gaat men voorbij
aan de grond van de zaak. Jezus verwijst naar het ideaal zoals verwoordt
in het boek Genesis. Oorspronkelijk schiep God de mensen als mannelijk
en vrouwelijk en door één te worden geven ze elkaar
waardigheid en schakelen ze zich in in de keten van de schepping.
Man en vrouw zijn als Yin en Yang waarbij elk een onbewuste kern
van het tegendeel heeft en vandaar op zoek gaat naar volledigheid.
Zo had God het gewild, zegt Jezus, en mensen mogen aan dat ideaal
niet morrelen en vanuit een misplaatste patriarchale houding de
ander verstoten.
De uitspraak wat God heeft verbonden, mag een mens niet scheiden
moet men volgens mij allereerst begrijpen tegen de misbruiken van
zijn tijd. Bedoelde Hij daarmee dat een huwelijk in alle omstandigheden
onverbreekbaar is? Dat weet ik niet, maar mocht Hij het zo bedoeld
hebben ben ik het niet met Hem eens. Ik wil er trouwens op wijzen
dat reeds in het NT daarover meerdere opvattingen bestaan. In het
evangelie van Matteüs maakt Jezus een uitzondering: als de
ander overspel heeft gepleegd mag men scheiden. En Paulus beschrijft
in 1 Korinthiërs (7,12-15) dat als men christen is en de ander
ongelovig en deze situatie voor veel spanningen zorgt, men mag scheiden.
Reeds in de eerste christenheid worstelde men dus reeds met dit
probleem.
Heel deze passage over het huwelijk moet men lezen vanuit het perspectief
van de nieuwe schepping. Jezus wilde dat mensen weer gingen leven
zoals oorspronkelijk door God bedoeld: een relatie waarin men als
gelijken en geliefden voor elkaar God aanwezig stelt.
Bidden wij in die geest voor elkaar.
Groot dankgebed: S. De
Vries Zolang wij ademhalen p. 53-54/ Het rijk alleen
p.227-228
Na de communie 553: Groter
dan ons hart
Voorbeden Wereldgroep
|