10 juni 2007 : 10° paaszondag
Over de plaats waar we vieren
Marcel Braekers
Openingszang lied 6
(Psalm 103): “Hoe is uw naam, waar zijt Gij te vinden”
Inleiding
Ongeveer twee jaar geleden
kozen we met de liturgische werkgroep als jaarthema: symboliek.
Al vlug werd duidelijk dat we aan dit thema een veel grondiger
bespreking wilden wijden dan we voor andere thema’s hadden
gedaan. Via een organisatie in Brugge, Iot-b, die groepen
begeleidt bij het nadenken over hun liturgische ruimte. We
verbreedden onze werkgroep naar mensen uit de verschillende
groepen van de gemeenschap en gingen aan de slag. Aanvankelijk
van ver beginnend met onze dromen over deze plek als een religieuze
ontmoetingsruimte. A. Gesché stelde zichzelf de boeiende vraag:
“Ou est le lieu natal de Dieu?” Op welke plaatsen in
de wereld ontstaat ruimte waarin God kan verschijnen of ter
wereld komen? Hoe willen we op zondag samen vieren en hoe
zou deze ruimte er moeten uitzien om dat goed te kunnen doen?
Hoe zou het onthaal kunnen zijn: kun je hier zomaar binnen
springen voor een babbeltje? Kan hier een plek zijn die altijd
toegankelijk is en waar je tot rust kunt komen en die uitnodigt
tot gebed en meditatie? En heeft er niet een verschuiving
plaats gehad waardoor religiositeit op andere manieren aan
bod kan komen? Hoe kunnen we daar ons avondprogramma op afstemmen?
Het was de eerste, belangrijke fase van dromen.
Na deze noodzakelijke periode
van aftasten waren we gereed voor een verdere uitdieping naar
noodzakelijke veranderingen die we in en rond het huis willen
doorvoeren. Daarbij hebben we ons vooral geconcentreerd op
de kapel, de zondagsvieringen en andere vormen van bidden
(ook het intreden in stilte is bidden) maar altijd met in
ons achterhoofd vragen als: hoe willen we vieren, welke accenten
leggen wij vanuit onze visie – en dus moesten we eerst een
visietekst opstellen - hoe evolueert het aanvoelen van religiositeit,
hoe bouwen we aan een hechte gemeenschap, enz.
Een heel nieuwe stap voorwaarts
was daarbij de inbreng van Ward Verbakel die als architect
onze wensen beluisterde, maar tegelijk het totale gebouw (de
kapel en heel de inplanting) vanuit zijn esthetische en architecturale
betekenis bekeek. We gingen ons realiseren dat om tot echte
vernieuwing te komen we niet alleen met onze wensen en ideeën
moesten rekening houden, maar ook met de esthetische vorm
die het bestaande gebouw aan ons oplegt. Vorige zondag heeft
Ward in de viering ons binnengeleid in de architecturale eigenheid
van deze ruimte. Vandaag willen we daar enkele praktische
besluiten aan vast knopen.
Gebed
Gij die
De morgen ontbood
En het licht hebt geroepen,
Gij, ondoofbaar vuur,
Als een zon
Over ons opgegaan –
Vat ons samen
In uw stralen,
En laat ons gedijen in uw ogen.
Gij die
De weerstand van de nacht
Wilt breken
En onze toekomst
Afdwingt aan het donker,
Gij
Zegen ook ons
Met uw licht. (S. de Vries)
Lied nr. 105: "Heer
Jezus, koning en gezalfde Gods"
Inleiding op de lezing
Uit de viering van vorige
zondag is mij sterk bijgebleven hoe dit gebouw het resultaat
is van een stroming in de architectuur bekend als ‘De Moderne
Beweging’ waarbij licht, lucht en ruimte belangrijk zijn.
Als reactie tegen een vroegere stijl met veel ornamenten koos
men nu voor soberheid, functionaliteit, eerlijke materialen,
enz. Deze ruimte werd opgevat naar het model van de oude Basilica
die anders is dan bv. De Romaanse of Barokke bouwstijl. Die
leggen het accent op de hoogte, het transcendente en nodigen
uit om naar het koor te gaan en omhoog te kijken. In een basilica
ligt het centrum in het midden, in de mens zelf die er zit
of knielt.
Dat is de voorgegeven structuur
waarin je binnentreedt. De vraag is daarbij wie wij zijn en
wat we belangrijk vinden in ons geloof. Dat hebben we verduidelijkt
in onze visietekst. Ik stel voor dat we daar nog eens naar
luisteren om vervolgens na te gaan hoe wij vanuit de twee
polen aan vernieuwing zouden willen doen.
“Een visie op Filosofenfontein”(tekst
op achterkant van krantje)
Filosofenfontein is een
dominicaans geïnspireerde, open gastvrije gemeenschap
van zoekende mensen.
Een rustpunt, waar het leven geheeld en geheiligd wordt
Zodat wie er zich thuis voelt of even voorbijkomt
Er hoop, kracht en inspiratie kan vinden.
Vanuit de Bijbelse traditie,
De bewogenheid om het lot van e aarde,
De mystiek en een spiritualiteit die groei van onderuit
Vieren we op een eigentijdse wijze liturgie.
Naast de liturgie ontwikkelen we vanuit dezelfde inspiratie
En met een eigen dynamiek een aantal activiteiten.
Aandacht voor de totale mens,
Participatie van jong en oud,
Onderlinge verbondenheid,
Uitnodiging tot persoonlijk en maatschappelijk engagement,
Verbondenheid met andere gemeenschappen,
Aandacht voor het esthetische
En liefde voor de natuur
Zijn de dragende waarden in alles wat we samen doen.
Dit alles proberen we op een authentieke manier gestalte
te geven.
Lied 639: “Waarom,
wanneer, uit welke luchtlaag”
Homilie
Hoe dachten wij vanuit
de twee gegevens – de architecturale ruimte en ons aanvoelen
van vieren – verder te werken?
Aangezien de ruimte niet
uitnodigt om naar voor te gaan en omhoog te kijken naar de
Verhevene of transcendente maar alle aandacht binnen de mens
legt, is het belangrijk dat dit ook zo optimaal mogelijk kan
gebeuren. Het is dus belangrijk dat we goed zitten en we contact
krijgen met dat centrum of die innerlijke ruimte in onszelf.
Vandaar onze idee dat we aan het zitcomfort iets moeten doen.
Onze stoelen komen nog uit de tijd dat we geknield zaten en
het misoffer volgden dat de priester opdroeg, bij de preek
mocht men die omdraaien om te gaan zitten. Ik denk dat de
tijd rijp is om dit te veranderen en te zoeken naar een degelijke
stoel in eerlijk materiaal zodat we niet meer verplicht zijn
enkele grijze stoelen erbij te slepen voor wie een moeilijke
rug heeft. Ik denk ook dat een rij sobere stoelen meer rust
in deze ruimte zal brengen.
De verlichting is vanaf
het begin een probleem geweest. Oorspronkelijk waren er spots
in het plafond geplaatst, maar, aangezien vele lampen sprongen
en vervangen bijna onmogelijk was, heeft men via draden potten
gehangen. Maar ook daarvan moet ik per jaar minstens 20 à
30 lampen vervangen. Het gaat echter niet alleen om een praktische
nood. Via een aangepaste verlichting kan men een heel andere
sfeer creëren die rekening houdt met de aangehaalde accenten
van ruimte en gemeenschap. Verlichting schept sfeer en kan
die plekken accentueren die wij extra in de kijker willen
plaatsen (het kruisbeeld, altaar, lezenaar, de ikoon).
Als wij vieren is de zang
niet zomaar een toevoegsel of tijdelijke onderbreking van
een uiteenzetting, maar al zingend ontstaat wat we voelen
en opent zich ons totale lichaam voor het heilige. Vandaar
de grote zorg aan de vernieuwing van onze zangbundel. We willen
dus niet zomaar een bestaande bundel kopen zoals bv. ‘Zingt
Jubilate’ of de nieuwe bundel met alle liederen van Oosterhuis.
We willen een zangbundel waarin eigentijdse liederen meerstemmig
staan afgedrukt, waarbij we het beste van de traditie kunnen
opnemen, waarbij we ook samen met de kinderen kunnen zingen,
enz. Met een werkgroep hebben we daarom de bestaande bundel
helemaal doorgenomen en gezocht naar verdere vernieuwing.
Intussen is reeds een groep ijverige werkers bezig met liederen
op computer te zetten.
Verder willen we in het
centrum van de kapel een wijsteen plaatsen als een oersymbool
van de aarde en van het leven. We willen in een eerlijk materiaal
een nieuwe lezenaar en aangepaste tafel of kast laten maken,
die achter bij het binnenkomen zou geplaatst worden. De lezenaar
willen we achter of in het centrum zetten om zo een onderscheid
tussen woorddienst en eucharistische dienst te beklemtonen.
Achteraan zou een vast systeem worden geplaatst dat toelaat
regelmatig gebruik te maken van beeldmateriaal. Aan de muur
wordt een eigen plek gemaakt voor wat de kinderen en jongeren
uitdrukken, enz.
De inkomhal willen we leeg
maken en enkel nog bekleden met een sprekend symbool of tekst.
En tenslotte waar nu de babysit is willen we een stille ruimte
maken, die tijdens de dag altijd toegankelijk is en die uitnodigt
tot mediteren. Een ruimte die dus anders wordt ingericht dan
een plaats waar je eucharistie viert. Daar kan de meditatiegroep
samenkomen, kunnen we met de gezinnen samen zijn die op maandagavond
een biddend moment hebben, daar is ruimte voor de kindernevendienst,
of voor een morgen of avondgebed.
U begrijpt dat dit alles
niet vanzelf komt en de Voorzienigheid helaas tot hiertoe
geen zak met geld aan de deur heeft willen leggen. Zelfs mijn
diepste vertrouwen in dat opzicht heeft nog niets opgebracht.
De dominicanen hebben beloofd met een fikse som ons bij te
springen. Met een kleine groep zoeken we naar mecenaat. Maar
we zullen ook op uw mildheid moeten beroep doen. Om heel praktisch
te zijn. We schatten dat we voor een uitgave van 40 à 50.000
euro staan. Het grootste deel van de uitgaven hopen we via
de buitenwereld te kunnen dekken, maar we moeten ook beroep
doen op uw gulheid. We onderzoeken de mogelijkheid om een
constructie op te zetten die toelaat dat giften aftrekbaar
zijn, maar dit moet nog uitgezocht worden. Ten slotte: dat
alles moet niet op een dag gerealiseerd worden, zo is het
zelfs met Rome niet gegaan.
De uiteindelijke bedoeling
is natuurlijk om wat hier doorheen jaren is gegroeid ook in
zijn vormgeving te verdiepen. Toen dit gebouw in 1960 werd
opgetrokken had men de intentie een retraitehuis op te richten.
Door omstandigheden was dit niet meer haalbaar en moesten
we aan een herdenking beginnen. Maar in de context van de
verschuivingen in geloofsbeleving en religiositeit keren we
terug naar de eerste bedoeling van dit huis. Anders dan in
de jaren zestig, maar op een stevige basis een plaats te zijn
waar men in vreugde samen viert, waar mensen met hun vragen
en verlangen thuis kunnen komen, waar de roep om gerechtigheid
en de zorg voor de zwaksten centraal staat.
Als afsluiting van de woorddienst
luisteren we naar een stuk uit het eerste boek van de koningen.
Koning Salomo heeft uiteindelijk na veel discussie voor God
een tempel gebouwd. De tempel staat er in alle glorie te blinken
en tijdens de opening zegt hij in naam van het volk dit gebed.
1 Koningen 8, 27 – 30
/ 37 – 43.
Bij gelegenheid I,
p. 89-91 + refrein 193: “Keer U om”
Na de communie 657 (Psalm
139): “Gij, Gij peilt mijn hart, Gij doorgrondt mij”
|