Ontmoetingsdag Leuven klimaatrechtvaardig 9 november 2024
Tijdens ons eerste event van ‘Leuven klimaatrechtvaardig’ op 12 oktober hebben we vier concrete initiatieven bezocht die kwetsbare groepen Leuvenaars kansen bieden om te participeren aan de klimaattransitie: het fietsproject en het voedselbos van Fabota, de Maakleerplek, de sociale kruidenier Solikoop en het sociaal renovatielab Minder-is-Meer. Met dit tweede event (waaraan 80 personen deelnamen) wilden we enkele andere accenten leggen:
- In zes ‘thematafels’ startten we telkens met een korte inleiding en kon iedereen zijn eigen verhaal en zoeken naar een klimaatrechtvaardige levensstijl delen (als consument, als vrijwilliger, enz.)
- Daarop volgde een panelgesprek waar twee grote actoren (de Stad en de KU Leuven) in dialoog gaan met kleinere actoren (vertegenwoordigd door SAAMO) en met inbreng vanuit het publiek.
- We begonnen met de mondiale dimensie, d.m.v. de videodocumentaire ‘Hoe de soja-industrie het Amazonewoud vernietigt’. Deze Nederlandse documentaire werd een paar jaren geleden gemaakt door productiehuis Zembla. Ze geeft uiteraard het perspectief van Nederland als grootste importeur van soja in EU – maar uiteraard is er vanuit Nederland ook doorvoer naar België). De film verwijst ook naar het catastrofale beleid van het Bolsonaro-regime in Brazilië. Inmiddels is Lula terug aan de macht, met de belofte om dat ultra-liberale beleid terug te schroeven en Amazone opnieuw te beschermen. We kregen niet alleen een goed beeld van de milieu- en klimaatimpact maar ook van de corruptie van Braziliaanse overheid, de onteigeningen, de vernietiging van leefomgeving inheemse volkeren, het geweld en de klimaat-moorden – en de medeplichtigheid van Europese banken die in de soja-industrie investeren, het machtsmisbruik en de belastingfraude van de betrokken multinationals.
Kort verslag thematafels
Onderwijs
Ellen Vandenbroucke (voormalig leerkracht in Redingenhof & Sint-Pieterscollege) werkt bij de Stad Leuven als netwerkcoördinator van School 2030. Haar missie bestaat erin om vanuit de dienst onderwijs de brug te slaan tussen ‘Leuven 2030’ (het platform dat de stad klimaatneutraal wil maken tegen 2030) en de 77 Leuvense kleuter-, lagere en secundaire scholen. De Stad heeft zelf geen scholen maar wil onder andere door netwerking, advies en kleine subsidies initiatieven van onderuit een duw in de rug geven. Ellen doet niet aan educatie maar aan “edu-actie”: ze ondersteunt projecten van directies, lerarenteams, ouders en leerlingen op het vlak van energie, ontharding, voeding, mobiliteit, participatie… kortom, alles wat met klimaat te maken heeft. Een paar voorbeelden:
• Een groep ouders in SMD-L (Sancta Maria & Mater Dei) was bezorgd om de kwaliteit van de (industriële) catering op school. Ze namen met steun van Rikolto een initiatief om gezonde vegetarische maaltijden aan te bieden, met korting voor lage-inkomensgezinnen. De maaltijden worden bereid door een innovatief bedrijfje Food Atelier Cesar, dat vooral producten van lokale telers gebruikt; ze worden met een elektrische riksjafiets klimaatvriendelijk op school geleverd.
• Leerlingen van de lagere school van het Heilig Hart in Heverlee onderhouden zelf moestuintjes en worden op die manier gesensibiliseerd voor gezonde en duurzame voeding.
• De Stad bereidt met steun van de Europese InvesteringsBank een reeks ‘groene energie-renovaties in scholen voor. Het gaat om complexe dossiers, niet alleen technisch en financieel maar ook omdat men prioriteit wil geven aan scholen met een kwetsbaarder doelpubliek. Dit vergt onderhandelingen met schoolbesturen en scholengemeenschappen.
• In een paar scholen zijn intussen klimaatraden opgericht waar de leerlingen mee het voortouw nemen. Zij werken voorstellen uit om hun school meer klimaatvriendelijk te maken.
• Ook Leuvense buurtwerken hebben met en voor hun jongeren projecten uitgewerkt: Buurtwerk ’t Lampeke stelt fietsen ter beschikking van scholieren, terwijl de energiesnoeiers van RuimteVaart samen met de Aanstokerij (het vroegere Centrum voor Informatief Spelmateriaal) het Ecocheck spel ontwikkeld hebben: een spel over klimaatrechtvaardigheid, dat in scholen kan gebruikt worden als materiaal bij klimaateducatie.
De paradox is dat de schwung er momenteel bij de leerlingen wat uit is. Toch zijn uit de eerste Leuvense Youth-for-Climate generatie enkele pioniers gegroeid die als rolmodel kunnen fungeren: Simon Sterck studeert rechten en was vorig jaar VN-jongerenambassadeur bij de COP28-conferentie in Dubai. Een andere voortrekker Roos Bakelants studeert eveneens klimaatrecht aan de KU Leuven.
Dus: warme uitnodiging aan geïnteresseerden om Ellen te contacteren om te zien waar er een link te leggen valt met hun interesses, hun eventuele zoektocht naar een concreet engagement en wat er allemaal gebeurt binnen het netwerk van School 2030.
Voeding
1. Drie vaststellingen om ons op te warmen (door Dirk)
• Het is een feit dat mensen vandaag geen tijd (meer) hebben om zelf te koken. En wat doen ze dan? Een snelle hap, kant en klaar, take away,... en daarin laten we ons leiden door de voedingsindustrie en we kiezen onze voeding niet meer zelf. Bovendien worden onze hersenen al van zeer jong geconditioneerd, zodat we een voorkeur gaan krijgen voor de smaken die deze industrie ons opdringt (suiker, zout, additieven,..).
• De hoofdstraten van Leuven zijn een aaneenrijging van eethuisjes, pitta en shoarma, belegde broodjes en snelle hap aanbiedingen. Het was ooit anders… (het eerste en enige hamburgerrestaurant in de Bondgenotenlaan is van 1985)
• Er zijn mensen die zich geen twee maaltijden per dag kunnen permitteren, laat staan drie, en ondertussen verdwijnen hopen eten zomaar in de vuilnisbak.
2. De bespreking
Opmerkelijk viel de bespreking wel redelijk samen doorheen de twee gesprekstafels. De gesprekken gingen vooral in op het lokale niveau, wat we kunnen doen in Groot-Leuven. We hadden het voornamelijk over twee dingen:
Wat er al gerealiseerd wordt in Leuven:
Er zijn vele waardevolle initiatieven in groot Leuven. Dit is een mooie basis om meer te doen met wat al werkt, soortgelijke initiatieven op andere plaatsen op te starten, initiatieven te verbinden en versterken, en het thema van klimaatrechtvaardigheid op positief gerichte manier in de aandacht te brengen. Een greep uit de initiatieven die vermeld werden:
• De sociale kruideniers onder de koepel Solikoop, waar mensen met minder inkomen ook minder betalen voor dezelfde producten, en klanten met meer financiële mogelijkheden een marktconforme en solidaire prijs betalen. Er zijn zowel vaste als mobiele winkels. Dit initiatief kan zeker nog bijkomende solidaire klanten en vrijwilligers gebruiken.
• Dankzij Foodatelier Cesar bieden drie Leuvense scholen nu lekkere vegetarische schoolmaaltijden aan (Sancta Maria, Sint Jan en Mater Dei).
• Acties gericht op het nuttig gebruiken van voedseloverschotten. Dit varieert van een heuse voedselhub (voedseloverschotten van supermarkten), het bereiden van lekkere voedingsproducten (sap/soep/saus/spread) uit overschotten (bvb. Robin Food) tot lokale burgerinitiatieven (bvb. ’t Voedselhoekje)
• Initiatief De Stadsakker in Tienen: via een zelfpluktuin de toegang tot gezonde, duurzaam geproduceerde voeding voor mensen in maatschappelijk kwetsbare posities vergroten
• Acties rond “wat zit er in de brooddozen”, dagen zonder vlees, enz…
• Initiatieven gericht op “eerlijke” veeteelt (duurzaam, diervriendelijk, lokaal en kleinschalig) (bvb. Venusberg in Lummen) of ook Wervel, een organisatie die sensibiliseert en verbindt rond eerlijke en agro-ecologische landbouw, of nog eiwitproductie via duurzame brouwprocessen (bvb. Paleo, in onderzoeksfase)
Wat er nog kan gebeuren: er zijn natuurlijk nog heel veel knelpunten, uitdagingen en dingen die beter kunnen. We probeerden deze vooral te vertalen in kleine en grotere acties die gericht zijn op oplossingen. Wat kunnen we vandaag en morgen doen, individueel en samen? Hier volgt een uiteraard onvolledige lijst van dergelijke ideeën:
• Plekken voorzien waar frigo’s staan waar men niet gebruikte overschotten in kwijt kan
• organisaties aanspreken en sensibiliseren om (meer) samen te werken, bvb. het idee dat het Wereldcafé klant wordt bij SAAMO
• kooklessen geven op school, gekoppeld aan informatie over gezonde voeding (nvdr: Foodatelier Cesar doet dit al: https://www.foodateliercesar.be/10-000-keer-goed-eten-in-leuvense-scholen)
• organisaties zoals Alma aanspreken en aansporen om hun vegetarisch aanbod (terug) op te krikken, of restaurants motiveren (aanspreken) om de porties vlees kleiner te maken
• wegen op het beleid, bvb. strengere vestigingsregels voor fastfood kortbij scholen (cfr. hetgeen al gebeurt rond roken en alcohol), strengere regels voor reclame rond ongezonde voeding, hogere taks op ongezonde en onduurzame voedingsmiddelen, zoals bvb. vlees.
• mee streven naar degelijke en juiste informatie, zowel op school als overal, over hoe we aan onze voeding geraken en wat er allemaal in zit (of niet meer in zit). “Ik ben er het hart van in als ik zie wat die voedingsindustrie bezig is met de wereld”!
Eco-spiritualiteit
De spits werd afgestoken met een bijna dood ervaring die iemand op jonge leeftijd meemaakte en wat een grote verandering in haar leven tot gevolg had. De dood in de ogen kijken zet aan tot bewust leven : je krijgt een spiegel voorgehouden, vluchten kan niet meer en liegen evenmin. Het doet appel op een groot verantwoordelijkheidsgevoel om eerlijker in het leven te staan.
Dit gevoel van zich totaal verbonden te hebben gevoeld met een hoger iets, kwam telkens terug in de ervaringen en verhalen van de deelnemers, die stelden dat uiteindelijk alle leven één en heilig is.
Een verbondenheid die dragend is en vertrouwen kan geven dat alles goed is en zal zijn, als we bewust voor het goede -blijven- kiezen, elke dag opnieuw.
Deze ervaring van verbondenheid wordt ook sterker bij bepaalde ervaringen, wanneer we voelen dat een overleden geliefde dicht bij ons blijft staan maar ook als we met afschuw en verdriet naar het leed om ons heen kijken, in de natuur, de dieren om ons heen, bij onze medemens en ook bij mensen die verder van ons af staan.
Dan voelen we die eenheid heel sterk, onze samenhang met alles. Elke actie of niet actie is daarom voelbaar op elk domein van het leven, zo nauw is alles en iedereen met elkaar verbonden. Het is de verbondenheid die ons doet meevoelen met anderen, met de natuur wiens verdriet we kunnen voelen. Het maakt ons bewust van wie we zijn, voelende meelevende wezens die graag willen dat elk wezen het goed heeft.
Die pijn die we zien kan ook pijn oproepen die reeds in ons diepste aanwezig was. Sommigen onder ons hebben een moeilijk of hobbelig leven gehad wat ons doet streven die pijn te overstijgen. Dan wordt de bron en de universele levensenergie een bron van kracht. Het vraagt immers veel innerlijke kracht om na persoonlijk lijden, een goed leven uit te bouwen.
Het is juist die pijn al of niet opgeroepen vanuit de innerlijke of uiterlijke wereld die ons mensen actief kan maken, ons aanzet tot het vinden van meer persoonlijke zingeving en naar passende mogelijkheden van actie.
Wat kan ik doen ?
Welke activiteit past bij mij, om die aarde, de natuur en ons hele leefmilieu beter te maken ?
Activiteit als gevolg van de massale impulsen die de binnen -en buitenwereld ons geeft. Actie die energie genereert en ons eigenlijk een goed gevoel geeft, ons alweer doet verbinden met de aarde, de ander, met alles om ons heen.
Zo troosten we elkaar en eveneens de aarde die een levend wezen is dat kreunt onder de massale destructie op haar lichaam. Als we ons meer met haar zouden verbinden, voelt zij zich ook meer verbonden met ons, zij die ons in ons dagelijks leven zo overvloedig dienstbaar is. Stel je in op haar ritme, volg haar hartslag met trage stappen om je goed met haar te verbinden, zo leer je net als de aarde om te vertragen, wat tot stilte en inkeer leidt.
En in die stilte worden antwoorden geboren. In stilte vinden we wijsheid. Stilte brengt rust. Stilte brengt liefde ipv angst en daar vinden we oplossingen voor onze levensvragen en wat ons te doen staat. Stilte brengt inkeer, inzicht en respect voor het leven dat heilig is. Elke dag opnieuw : beluister de stilte, zo hou je je staande in een destructieve wereld.
Mobiliteit
De moderator had een mooi schema gemaakt met volgende punten
- beschikbaarheid, wat, waar
- toegankelijkheid van transport, bestemmingen...
- betaalbaarheid, kost en/ of subsidie
- omstandigheden voor de reiziger
- klimaat en milieu
Deze thema's zijn nagenoeg allemaal aan bod gekomen, wel vertrekkend vanuit een ander standpunt, visie in casu de mens met een armoede achtergrond (positief verhaal)
Moeilijkheden
- langzaam meedenkend beleid
- infrastructuur Leuven: ongelijk wegdek, scheve voetpaden, hoekjes en kantjes....
- geen of weinig fietspaden
- toegenomen fietsverkeer niet enkel van studenten, veel bakfietsen, speedpedelecs, Steps...
- nog steeds te veel autoverkeer in de stad, veel openbare werken met vrachtverkeer als gevolg
- anderzijds afsluiten van straten of hindernissen waardoor minder mobiele, zieke of oudere personen niet bereikbaar zijn voor o.a. ziekenvervoer en diensten aan huis
- nood aan bewustmaking van verkeersproblematiek
Mogelijke oplossingen
- infrastructuur verbeteren, kantjes, boordjes enz
- scooters om mensen te vervoeren (3- of 5-wielervoertuigen)
- fietstaxi's
- shuttle met eventueel bewonerskaart
- gebruik maken van dienstfietsen, sociaal verhuursysteem
- mobiliteit delen
- Zijn deze oplossingen haalbaar voor mensen in armoede?
- andere suggesties: openbaar vervoer anders organiseren door bv herbekijken van routes, kleinere busjes met hogere frekwentie.
- Nieuwe mogelijkheden onderzoeken.
- Bewustmaking rond vervoersproblemen.
Wonen en energie
Kan betaalbaarheid opgelost worden door doe-het-zelven? Het wordt allemaal technisch steeds complexer. Er is hierrond over-regulering, ook als het gaat om hergebruik van materialen. Omwille van veiligheid / risico / verzekeringen worden hier hoge certificaten van verwacht. Als particulier kan je hier anders mee omgaan.
Energiezuinige woningen dragen ook bij aan betaalbaarheid op de huurmarkt, uiteraard pas na de investering om tot die energiezuinige woning te komen. En dat wordt moeilijk betaalbaar met een verouderd patrimonium. Hoe kan collectieve energierenovatie hier een antwoord zijn? (Verwijzing naar leuven2030.be). Daarnaast is een goede ‘targeting’ van publieke middelen een moeilijke opdracht. Hoe raakt financiële stimulering bij wie dat nodig heeft in plaats van bij wie de subsidie vindt?
Naast de investering in energiezuiniger woningen is er ook nog een gedragsverandering nodig, bv. om het verbruik te drukken en de voordelen van delen in te zien en te accepteren. Veel mensen wonen bv. te ruim. Er zijn in Leuven veel overmaatse en onaangepaste woningen. Hoe kunnen we dit opvangen als individuele bewoners? Hoe kunnen we onze ‘wooncarrière’ beter vormgeven en bv. wisselen van woning? Kan gemeenschapswonen hier een rol in spelen? Of bv. wooncoöperaties?
Alles rond wonen en energie is heel expertgedreven geworden, met (over-)regulering, controles en certificaten. Soms staat de regelgeving haaks op wat wenselijk is. Energie delen zou bv. ook versterkt kunnen worden door regelgeving in plaats van het te verbieden (bv. rond zonnepanelen en netkosten).
Er is wel grote tevredenheid over het klimaathuis, de one-stop-shop van stad Leuven met energie-advies
Kunnen we woningen meer als een gemeenschappelijk goed zien, zoals de zon, water of de grond. De sleutel ligt in het omdraaien van de versnippering van de markt. Hoe raakt de grond terug in gemeenschappelijk beheer? (zie bv. community land trust, sociale koop- en huurwoningen)
Collectieve actie
Collectieve actie kan veel gezichten hebben – burgers die samen gaan tuinieren of hun voortuintjes vergroenen, een autodeelsysteem in hun buurt opzetten, deelnemen aan coöperatieven voor groene energie, actief zijn bij allerlei middenveldorganisaties of protestbewegingen …. Maar welke collectieve actie ligt jou nauw aan het hart?
In de groep “collectieve actie” vonden we bij de deelnemers ontzettend veel engagementen terug: binnen de noord-zuidbeweging, de vredesbeweging, de vierdewereldbeweging, transitienetwerken, engagementen van lange duur, professionele en politieke keuzes en tegelijk heel kleine engagementen binnen het eigen gezin.
Verantwoordelijkheid voor de klimaatcrisis wordt volgens sommigen te veel bij het individu gelegd. Dat wil men ons wel doen geloven en is zo fout, terwijl de verandering nog meer van beleidsmakers als bedrijven zal moeten komen. Alleen doen die dat te weinig.
Waar deelnemers elkaar ook vinden, is in het besef dat je alleen niet veel kan doen aan klimaatverandering, en dus die collectieve actie heel erg belangrijk is. Iemand verwoordt het zo: “Het gaat zo traag. We weten dat dingen fout lopen en er worden geen stappen gezet. We moeten onze stem veel luider laten horen. We hebben dat netwerk!”
Essentieel is zoeken naar manieren om elkaar als burger en als organisaties beter collectief te organiseren, de kracht van onderuit te versterken, om ons zo minder alleen te voelen staan in deze strijd, maar ook de druk naar oplossingen op te voeren. Zoeken naar wat we samen kunnen doen (of wat je niet alleen kan doen), dat is de kern.
- Wat met burgerbewegingen zoals de klimaatzaak (overheid verplichten om hun verantwoordelijkheid te nemen), grootouders voor klimaat, climaxi en tal van andere initiatieven. Daar geloof ik in.
Samenwerken met anderen is belangrijk voor het individu om voldoende beweging te maken: voor iemand blijft het belangrijk om je als individu aan te sluiten bij een beweging die klimaatrechtvaardigheid naar voren schuift. En het is tegelijk belangrijk om te weven en te verbinden tussen de verschillende burgerinitiatieven en sociale bewegingen met gemeenschappelijke doelstellingen.
Zelfs de driehoek overheid – bedrijven – burgers is een klassiek schema dat soms laat uitschijnen alsof het afzonderlijke eilanden zijn. Gaat het niet eerder over een maatschappijvisie die politiek en bedrijven voor ons maken, en moet er niet een ander maatschappijbeeld naar voren geschoven worden? Burgers zijn overal, ook in bedrijven en in de politiek… - Hoe maken we die collectieve klimaatactie meer inclusief? Klimaatbewustzijn is momenteel schijnbaar vooral iets voor wie daar ruimte en bandbreedte voor heeft. Te veel mensen hebben die bandbreedte niet en doen dus niet mee. Misschien ligt de sleutel aan werken aan materiële betrokkenheid. Denk bv aan sociale woonmaatschappijen die bij zowel nieuwbouw als renovatie voorloper zijn in duurzaamheid en fossielvrij verwarmen. Zoiets zorgt voor een betrokkenheid bij hun huurders, omdat ze de impact voelen.
Maar we hebben toch empowerende projecten in Leuven die maatschappelijk kwetsbare groepen meenemen in het verhaal van klimaatrechtvaardigheid. Kijk maar naar de afgelopen Klimaatrally. Hoe creëren we van daaruit druk en samenhorigheid om meer te vragen, zodat het systeem er genereuzer op kan inspelen (lees: dit soort initiatieven meer slagkracht krijgen)? - Tegelijk kan verandering klein beginnen, merkt iemand op. Afvalvrij winkelen, eigen groenten kweken… zijn goede gedragswijzigingen, maar dat alles vraagt meer tijd. Soms te veel zodat je zegt “ik kan het niet meer allemaal doen”. Toch wil ik weten wat ik zelf nog meer kan doen, zonder altijd moeten rekenen op bedrijven en politiek om het op te lossen. Maar dan moet je er het bewustzijn voor hebben: wat doe ik met mijn talenten, wat doe ik graag? Als voorbeeld wordt een autodeelgroep genoemd: in dat soort initiatief rol je stap voor stap in, je leert nieuwe netwerken kennen, en net die connectie rond hetzelfde gedrag verbindt en kan meer in gang zetten. Want deelinitiatieven worden belangrijker voor mensen met een beperkter inkomen, om het comfortabeler en haalbaarder te maken. Gaat de autodeelgroep daar dan bv actief op inzetten?
- Hebben we een basis om met iedereen actie te ondernemen? Hebben we dus een basis waarbij mensen elkaar kunnen ontmoeten, leren kennen? Een tip: vraag mensen om iets te doen, want dan wil ik zeker komen.
Is zorgzame buurt daar dan een voorbeeld van? Hoe kan een buurt meer nabij zijn?
Waar beginnen we, en heeft het zin wat we doen?
We hebben profeten nodig. We moeten elkaar wel als gelijke zien. - Een kanttekening over de begrippen Bonding and Bridging: onderzoek toont aan dat je collectieve actie opzet met mensen die vooral op jezelf lijken. Toch zijn er andere groepen met andere doelgroepen die ook hun initiatieven opzetten. Dat is dan bridging.
- Als uitsmijter, verwoordt iemand het zo: “Situaties waarin je geconfronteerd wordt met extremen, waar het eigenlijk al te laat is, zijn niet zo slecht: dan pas ga je over tot radicalere actie.”
Wat houd je bij? - Ik kwam hier naartoe vanuit een stuk moedeloosheid. Je zoekt medestanders... en dus wat hierna? Waar zou het dan over moeten gaan?
- Connectie leggen tussen mensen en gelegenheden creëren om mensen samen te brengen, zijn essentieel. Want de informele banden zijn de voeding voor collectieve actie. Je moet je verbonden weten. Als we het puur zakelijk houden, werkt collectieve actie niet.
- Ik ga naar huis met een beetje hoop, want in mijn eigen netwerk zie ik veel mensen afhaken ook al is dat ongelooflijk en moeilijk te begrijpen.
- Houd rekening met de verschillende perspectieven: bedrijven zijn ook burgers, en omgekeerd. Het is vaak heel eenvoudig, maar wel de kern om tot engagement te komen
Panelgesprek ‘Klimaatrechtvaardig wonen in Leuven’
Pannelleden: schepen Lies Corneillie van wonen en mondiale samenwerking; Stefaan Saeys, directeur Technische Diensten KU Leuven; Erik Béatse, aanspreekpunt sociale rechtvaardigheid bij Leuven 2030; en Dirk Masquillier, directeur SAAMO Vlaams-Brabant. Moderator: Magali Minet
Vertrekpunt voor het gesprek was de ervaring van SAAMO in Vilvoorde, waar hele buurten aan renovatie toe waren, terwijl de subsidiestromen onrechtvaardig verdeeld waren (de fiscale aftrekken voor eigenaars uit de middenklasse). Intussen is er voor onvermogende eigenaars het Noodkoopfonds bijgekomen (noot: noodkopers zijn onvermogende huishoudens die een woning in slechte staat hebben gekocht en de middelen niet hebben om die te renoveren). De renteloze leningen van het Noodkoopfonds zijn uiteraard welkom, maar er is meer nodig, nl. technische kennis en vaardigheden voor het beheer van renovatiewerken. Dat nemen wooncoöperaties op zich om de eigenaars te ontzorgen. SAAMO heeft in Vilvoorde succesvol collectieve renovatieprojecten beheerd. Terwijl in Vlaanderen het aandeel gerenoveerde woningen lager is dan 2%, heeft men in Mechelen door concentratie in één wijk reeds 30% gerenoveerd.
Wat doet de Stad Leuven zoal om tegemoet te komen aan de renovatiebehoeften van minvermogende inwoners?
Het klimaathuis fungeert als uniek loket: het ondersteunt private eigenaars met advies over de technische aspecten en bestaande financiële tegemoetkomingen zoals het Noodkoopfonds. De Stad faciliteert ook de toegang tot renteloze leningen van dat fonds. Die hulp is essentieel, ook voor huurders omdat we merken dat verhuurders soms al de neiging hebben om hun woningen niet meer te huur aan te bieden omwille van de complexe en dwingende regelgeving rond renovatie. Zo ondervinden organisaties zoals Buren Zonder Grenzen dat het steeds moeilijker wordt om degelijke woningen te vinden voor vluchtelingen. Ondanks het bestaan van allerlei subsidies en premies blijft de prefinanciering van renovaties voor de lagere inkomensgroepen een belangrijk knelpunt.
Bij eigen bouwprojecten probeert de Stad formules van collectieve eigendom te promoten: dat kunnen sociale woningen zijn, budgethuurwoningen (d.i. het opleggen van een quotum van woningen die beneden de marktprijs verhuurd worden bij aanbestedingen van grote woningbouwprojecten), community land trusts (waarbij de grond eigendom van de Stad blijft en zo de huurprijzen gedrukt kunnen worden) of wooncoöperaties.
Volgens Erik Béatse kan er nog meer gebeuren, vooral op drie vlakken:
- intersectorale samenwerking (tussen bv. bouwpromotoren, opbouwwerk, de financiële sector…),
- marktregulering (sterkere sturing van bouwprojecten), en
- het stem geven aan kwetsbare bewonersgroepen.
In Leuven is de Universiteit de grootste speler op de woningmarkt. Zij beheert rechtstreeks 8000 kamers, waarvan de nieuwe allemaal ‘fossielvrij’ zijn. Deze eigen kamers kunnen deels beneden de marktprijs verhuurd worden. Daarnaast hebben de KU Leuven en de Stad samen hun greep op de private kamermarkt versterkt door bij bouwprojecten een ‘maximale comfortnorm’ op te leggen (enkel collectieve keukens en sanitair), naast minimumquota voor kamers tegen sociale huurtarieven.
Voorts is er een groot aantal (vaak historische) universiteitsgebouwen waarvan op termijn 80% met warmtepompen zullen verwarmd worden en 20% op gas. Een ander principe is dat alle gronden eigendom van KU Leuven blijven.
In samenwerking met de Stad en UCLL wil men de verduurzaming versnellen, om in 2027 de uitstoot reeds met 2/3 gereduceerd te hebben. Daar worden naar schatting geen netto-besparingen mee gerealiseerd: de kosten van investeringen lopen op, maar het gaat vooral om de maatschappelijke baat van verduurzaming (beperking van de klimaatopwarming). Anderzijds zijn er financieel ook geen echte knelpunten (aldus Stefan Saeys): er zijn heel wat zachte leningen te bekomen.
In het Leuvense Klimaatcontract staat een ‘15%-norm’ ingeschreven: 15% van de baten van de klimaatinspanningen moeten ten goede komen aan de inwoners die op of onder de leefloongrens leven. Het lijkt (voorlopig) voor geen van de betrokken partijen duidelijk hoe men die kwantitatieve norm concreet gaat vertalen en evalueren. Bovendien zijn er nog eens 15% van de inwoners die net boven de leefloongrens leven en evenzeer geholpen moeten worden in de transitie…
Al bij al toonde het panelgesprek dat er heel wat inspanningen zijn om klimaatrechtvaardigheid in het Leuvense woonbeleid te bevorderen, een goede samenwerking tussen de actoren en een ‘sense of urgency’. Tegelijk blijft de uitdaging enorm om de gentrificatie en woonkosten in Leuven binnen de perken te houden. En tegelijk de publieke middelen voor de transitie prioritair te richten op de meest kwetsbare inwoners.