------
Welkom
------
Liturgie
------
Vorming
------
Historiek
------
Archief
------
Kalender
------





03 januari 2021: Feest van de openbaring (2020)

Een Licht voor heel de wereld (Mt. 2, 1 -12)


Marcel Braekers

Opening: Wie schön leuchtet den Morgenstern

Begroeting

Welkom jullie allemaal op deze zondagmorgen nu we het feest vieren van de openbaring van de Heer, beter bekend als Driekoningen. We zijn daarom de viering begonnen met dat mooie beeld “dat de Morgenster voor ons is opgegaan.” Jezus die voor de ganse wereld wil oplichten zoals de ster die een nieuwe dag aankondigt.

In de katholieke kerk hebben we (anders dan in de orthodoxe en Armeense kerk) een traditie om de geboorte van Jezus in twee fasen te vieren, omdat in de Bijbel ook twee geboorteverhalen worden verteld. Zoals u wel weet vertelt Lucas het verhaal vanuit het perspectief van Maria daarbij verwijzend naar het bezoek van de herders, terwijl Mattheüs het gebeuren vanuit Jozef bekijkt en het bezoek van enkele Oosterse astrologen. Vandaar het dubbele feest: de eigenlijke geboorte met daarbij de bekendmaking aan een groep Joodse herders, de meest uitgestoten en verachte groep in de Joodse samenleving, en daarnaast het feest van de Openbaring van Jezus als heil voor alle volkeren, vertegenwoordigd door enkele sterrenkundigen. Niet alleen ging Kerstmis de volksverbeelding aanspreken, ook Driekoningen werd heel populair door het ster zingen, volkse toneeltjes zoals ‘Waar de sterre bleef stille staan’, enz. Men wist zelfs na enige tijd dat het om 3 koningen ging, die Melchior, Balthazar en Gaspar heetten. Op de meeste schilderijen wordt één oud en met grijze baard voorgesteld, één is van de middelbare leeftijd en één ,meestal een zwarte Nubiër, twintiger, omdat men het leven opdeelde volgens deze drie fasen. Tegelijk vertegenwoordigden ze de drie werelddelen: Europa, Azië en Afrika.

Belangrijker dan de volkse fantasie is voor mij de pointe van het verhaal: dat deze Jezus een Licht werd voor alle volkeren. Hoe is het te begrijpen dat een concrete, historisch gesitueerde man ondanks of dankzij zijn beperkingen een teken van Licht kon worden voor alle mensen en voor alle tijden? En wat dan te denken van de andere godsdiensten die eveneens beweren God te openbaren? Omdat het om een feest gaat waarbij de sfeer belangrijker is dan de uitleg, luisteren we eerst nog naar een kerstlied, daarna laten we het even stil worden om te bidden en beluisteren we vervolgens het verhaal van de Openbaring van Jezus.

Lied  Heden zal uw redder komen


Gebed

Bron van alle wijsheid
Met uw licht
Wijst Gij ons
Wegen om te gaan
En uw liefde
Verschaft ons onderdak.

Dank zij U,
Omdat uw licht ons leidt
Naar een geboren mensenkind,
Dat uw gelaat
Aan ons onthult.

Wees ons nabij,
Kom ons te na
Tot in de minste
Van de mensen.           (S. de Vries, Bij Gelegenheid I p.133.)

Kerstverhaal volgens Mattheus 2, 1 -12 (Siska)

Bach, Weihnachtsoratorium nr. 59 ‘Ich stehe an deiner Krippen‘

Bezinning

Dit feest van de Openbaring plaatst mij voor een dilemma: van de ene kant geloof ik dat deze Jezus op een unieke manier ons toont wie God is. Heel zijn optreden, zijn spreken en omgang met mensen zijn doordrongen van intens mededogen en verfrissende openheid. Zo toont Hij het gelaat van zijn en onze God. Tegelijk besef ik hoe Hij als mens getekend was door de tijd waarin Hij leefde, door de geschiedenis van zijn volk en door de gezinssfeer waaruit Hij voort kwam. Hoe kan ik dan nog zeggen dat zo’n concrete en dus beperkte figuur licht is voor iedereen en in alle tijden? Ik verwijs naar enkele uitdagende uitspraken van Eduard Schillebeeckx  in zijn boek Mensen als verhaal van God:

God is groter dan zelfs Zijn hoogste, beslissende en definitieve zelfopenbaring in de mens Jezus. (p. 140)
Er is meer religieuze waarheid in alle godsdiensten samen dan in één afzonderlijke godsdienst, wat ook geldt voor het christendom. (p. 185)


Hoe deze moedige, tot bescheidenheid aanzettende uitspraken begrijpen in het licht van dit feest van de Openbaring? Waarom is ondanks deze waarschuwing de kern van die boodschap boven tijd en cultuur een waarheid die mensen bevrijdt?

Ik denk dat het antwoord zit in het feit dat deze Jezus in zijn aardse optreden een fundamentele waarde toont en voorleeft waar geen enkel humanisme buiten kan. Jezus vat heel de Thora samen in één gebod dat daarmee geen gebod meer is maar een levenshouding: “God beminnen boven alles en je naaste als jezelf”. Belangrijker dan gelijk welke wet geldt voor Hem en voor ons, christenen, deze vage, in elke situatie te herdenken waarheid. Alle wetten en leefregels zijn ondergeschikt aan dit ene gebod dat voor christenen een levenshouding moet worden: dat van de liefde. Daarin verschilt het christendom van het Jodendom en de Islam die de Wet boven alles plaatsen. Jezus daarentegen kiest voor de concrete situatie, voor de concrete mens waarmee Hij te maken heeft boven een vaststaande universele Wet. Ook zijn God ontdek je maar geleidelijk al doende wat Jezus vraagt. Dat geeft aan zijn optreden en dus ook aan ons gedrag een soort van vaagheid en onvoorspelbaarheid, maar maakt de oproep tot liefde zoveel sprekender. Daarbij belijden we dat God zelf dit concrete leven door de verrijzenis bevestigde als een waarheid omtrent Hem. “Dit is mijn geliefde zoon, luister naar Hem”.

Dat neemt niet weg dat naast de waarheid van het christendom er nog waarheid bestaat. Er zijn meerdere vensters op God. Ook wij gaan net als Jezus onze concrete geschiedenis waar we niet bovenuit raken. Hoe open en ontvankelijk ook, toch blijven we Westerse mensen, getekend door een christelijke cultuur en dus blijft het Tibetaans Boeddhisme, het ruim denkende en vredevolle Hindoeïsme en het Soefisme van de Islam ons uiteindelijk vreemd, alhoewel we er veel van te leren hebben. Dat neemt niet weg dat ons christendom een belangrijke kritiek heeft op alles wat tekort doet aan het humanum. Waar dat wordt geschonden moeten wij een tegenstem zijn, want in die unieke verstrengeling van Godsverbondenheid en zorg om de wereld schuilt de universaliteit van deze boodschap. Daarom kon en kan Jezus een licht zijn voor alle volkeren en vieren wij vandaag terecht vol vreugde dit feest van het Licht. De Morgenster is over ons opgegaan.

Stilte

Lied Vanwaar zijt Gij gekomen (nr. 270)

Vrije voorbeden

Lied 273 gezegend die komt (2-4)

Herhaling gebed van begin

Vredeswens

Triptiek van Jeroen Bosch, de aanbidding van de 3 wijzen

Je ziet de drie wijzen met telkens een verwijzing naar een tafereel uit het OT

-    De eerste wijze offert goud en op een bijgevoegde kom staat het offer van Isaak
     (Isaak werd niet geofferd maar Jezus wel)
-    De tweede wijze offert wierook en bijkomend zien we hoe de koningin van Sheba
      koning Salomo bezoekt en hem om zijn wijsheid prijst. Daarbij staat ook Manoach
      die een geitje offert (Rechters 13,19)
-    De derde wijze biedt mirre aan en op zijn mantel zie je hoe enkele soldaten zich
      komen onderwerpen aan koning David.

De vierde koning staat in de deuropening van de gammele keet. De man kijkt verdwaasd, houdt een kroon in de hand en heeft een wonde aan het been.  Velen zien in hem de antichrist of verpersoonlijking van het kwaad die de doornenkroon reeds toont. Anderen denken dat het Bileam is die onheil moest preken maar niets dan goed vertelde toen de ezel hem tegenhield.

Links zie je Jozef die in een hoekje de doeken of natte luiers aan het drogen is (misschien een zelfportret van Bosch).

Overal zijn padden en vogels die symbool staan voor het negatieve: begeerte, de luxuria, enz.


------