------
Welkom
------
Liturgie
------
Vorming
------
Historiek
------
Archief
------
Kalender
Share-project
------




3 januari 2016: Openbaring des Heren (Mt 2,1-12)

           Openbaring en geen weg terug

Frank Cuypers

Intredelied: 262 – “Komt ons in diepe nacht ter ore”

Welkom en kruisteken

Wij weten ons samen in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest.
Goedemorgen en van harte welkom in deze viering. En uiteraard evenzeer van harte mijn beste wensen voor jullie allen voor een voorspoedig 2016.

“…In een droom door God gewaarschuwd keerden zij langs een andere weg naar hun land terug…"
Het is een zin uit de evangelielezing van vandaag die mij altijd al getroffen heeft. Hoe zou het zijn om in een droom door God gewaarschuwd te worden ? Ik vraag het mij af, en ik moet toegeven dat ik er bij het slapengaan vaak naar uitkijk om ’s nachts in een droom het nodige inzicht te krijgen om mijn agenda van de nieuwe dag aan te pakken. Niet via de beproefde wegen van veel ploeteren en hard werken voor vaak een beperkt resultaat, maar om bijvoorbeeld door een creatieve, geestrijke aanpak misschien een doorbraak te realiseren.

Tegelijk denk ik ook dat deze zin een kernzin is in het verhaal van de Openbaring, en een zin die vaak ten onrechte wat weggedrukt wordt door de rest van het verhaal, en hoe dit doorheen de eeuwen en in volkse gebruiken verder uitgewerkt is.
Sommige commentaren laten de Wijzen “discreet uit het zicht verdwijnen” omdat hun rol gespeeld is. Volgens mij evenwel heeft de ontmoeting bij de kribbe op de Wijzen een dergelijke impact gehad dat ze niet anders kunnen dan vanaf dan een andere weg te gaan …. Volgens mij was deze éne reis hét gebeuren van hun leven, en heeft deze éne ontmoeting met het Mysterie, met de minste der mensen, met de heilige en gans Andere heel hun leven gevuld en vervuld. Dit éne moment, zo vluchtig als een plotse lichtflits, werd tegelijk zo eindeloos als een eeuwigheid.

Zó een indruk moet het moment van de openbaring op de 3 wijzen gemaakt hebben, en zo een bijzondere persoon was Jezus. Laten ook wij Jezus’ grootheid uitzingen.

Lied 112 – “Heer Jezus, Koning en gezalfde Gods” ….

Openingsgebed

Zullen wij, God,
Ook nu nog ophoren
Van uw bewogenheid om mensen?

Zullen wij
Ook vandaag nog weten
Hoe rijk Gij ons maakt,
Omdat Gij Uzelf gaf aan ons?

De mens naar uw hart hebt Gij verwekt
Midden onder ons,
Als een licht dat ons voorgaat,
Ons moed geeft,
Als een vuur dat ons verwarmt,
Als het verlossende woord.

Geef dat wij Hem mogen vinden,
En lezen in elkaars ogen,
Dat wij Hem weerspiegelen als licht voor allen.
              (S. de Vries, Zolang wij ademhalen, p. 86)

Inleiding op het evangelie

Met het feest van de “Openbaring van de Heer” sluiten we vandaag de kersttijd af. Meteen leggen we al een band naar de komende zondagen, want in de liturgie wordt 3 zondagen na elkaar een Openbaringsmoment gevierd. Volgende week de Doop van Jezus, wanneer we horen hoe Jezus Gods veelgeliefde zoon genoemd wordt en zijn bestemming wordt onthuld, en de week daarop met het verhaal van de bruiloft van Kana, waar Jezus doorheen water en wijn het aardse en hemelse verbindt.

Het zijn telkens momenten waarop de zending van Jezus op een bijzondere manier in het licht gesteld wordt; momenten waarbij het leven van Jezus onder de mensen de betekenis krijgt van een goddelijk verschijnen. Een goddelijk verschijnen dat doorheen een plotse ervaring inzicht brengt, een goddelijke werkelijkheid opent, en niet meer loslaat.
Luisteren we nu samen naar de woorden van Matteüs.

Evangelietekst: Mt 2, 1-12

Toen Jezus geboren was in Betlehem in Judea, ten tijde van koning Herodes, kwamen er uit het Oosten magiërs in Jeruzalem aan.
[2] Ze vroegen: ‘Waar is de pasgeboren koning van de Joden? Want wij hebben zijn ster zien opkomen en wij zijn gekomen om Hem te huldigen.’
[3] Toen koning Herodes hiervan hoorde, schrok hij, en heel Jeruzalem met hem.
[4] Hij riep alle hogepriesters en schriftgeleerden van het volk samen en wilde van hen weten waar de Messias geboren zou worden.
[5] Ze zeiden hem: ‘In Betlehem in Judea. Want zo staat het geschreven bij de profeet: [6] Betlehem, land van Juda,
u bent zeker niet de minste onder de leiders van Juda,
want uit u zal een leider voortkomen,
die herder zal zijn van mijn volk Israël.’
[7] Toen riep Herodes de magiërs in stilte bij zich en vroeg nauwkeurig naar de tijd waarop de ster verschenen was.
[8] Hij stuurde hen naar Betlehem met de woorden: ‘Ga een nauwkeurig onderzoek instellen naar het kind. Wanneer u het gevonden hebt, laat het mij dan weten; dan kan ook ik het gaan huldigen.’
[9] Toen ze de koning aanhoord hadden, gingen ze weg. Opeens ging de ster die ze hadden zien opkomen voor hen uit, tot ze bleef staan boven de plaats waar het kind was.
[10] Toen ze de ster zagen, werden ze met buitengewoon grote vreugde vervuld.
[11] Ze gingen het huis binnen en zagen het kind met zijn moeder Maria. Ze vielen op hun knieën en huldigden het. Ze haalden hun schatten tevoorschijn en gaven Hem goud, wierook en mirre als geschenk.
[12] En omdat ze in een droom gewaarschuwd waren om niet naar Herodes terug te keren, namen ze de wijk en gingen ze langs een andere weg naar hun land terug.

Tussenzang 266 – “Moge ons voor waar verschijnen”

Homilie


De evangelietekst als openbaringsverhaal voor alle volken.
Het verhaal over de wijzen uit het Oosten heeft altijd al mensen geboeid en verder geïnspireerd. De oosterse Wijzen zijn al vlug koningen geworden. Het stond ook zo in de psalmen geschreven : vorsten uit Tarsis en koningen uit Seba zouden “Hem” hun geschenken brengen. Dat ze met zijn drieën waren, is afgeleid uit het aantal geschenken dat ze bijhadden : goud, wierook, mirre.
Sinds de achtste eeuw kennen we ook hun namen: Balthasar, Melchior, Kaspar. De namen staan voor: man, oude man, jonge man. Op wijsheid staat geen leeftijd. Het is nooit te vroeg of te laat om de ontdekking van je leven te doen en consequent daarmee een nieuwe toekomst in te slaan.

Men heeft de koningen ook elk een andere huidskleur gegeven, blank, geel en zwart. Europa, Azië, Afrika. Hiervoor kon men steunen op de brief aan de Efesiërs: alle heidenen zijn mede-erfgenamen en deelgenoten van de belofte in Christus Jezus door middel van het evangelie.

Dit brengt ons bij een essentiële vraag rond Openbaring: bracht deze Jezus van Nazareth, deze concrete, door zijn geschiedenis en omgeving getekende persoon een boodschap enkel voor zijn eigen volksgenoten of voor heel de wereld? En hoe kon deze Jezus van Nazareth heil zijn voor alle volkeren? Ik vond een piste naar een antwoord in een viering van Marcel van enkele jaren geleden: “Jezus toont in zijn aardse optreden dat er universele waarden zijn waar geen enkel humanisme, christelijk of atheïstisch, buiten kan. Daarbij getuigde Jezus van een op mensen en op de geschiedenis bedachte liefdevolle God, iets dat in de waaier van godsdiensten een kritisch punt is omtrent waarheid. En we belijden door ons geloof in de verrijzenis dat God zelf dit concrete leven bevestigde als een waarheid omtrent Hem. …. Geloof en de ontplooiing van de menselijke persoon mogen niet tegenover elkaar staan. Precies in de unieke verbinding van Godsverbondenheid en zorg om de wereld schuilt de universaliteit van deze boodschap. Daarom kon en kan Jezus een licht zijn voor alle volkeren.” (Viering Filosofenfontein 2010)

Openbaring en Geen weg terug
Sta mij nu toe om onze blik, die we net naar de hele wereld en alle volkeren gericht hadden, om te keren naar onszelf. Naar onszelf die soms ook de ster menen te zien en willen volgen, en op die momenten begeesterd worden door het visioen van gerechtigheid en vrede zonder grenzen. Wat doet de Openbaring met een mens, wat doet de Openbaring met elk van ons ?

Ik vat een paar getuigenissen samen die ik noteerde toen we met enkele vrienden samenkwamen rond het thema openbaring:

- De Openbaring leidt tot de ontdekking van een dieptelaag van mijn bestaan, een geheim dat zich schuilhoudt in mijn leven. Het was er altijd al, misschien bedekt als dagelijkse routine, en wordt nu ont-dekt. Zoals in het Openbaringsverhaal van Kana waar het water van de dagelijkse routine kan veranderd worden in wijn. Dit brengt mij in een andere modus van leven. De consequentie is dan een nieuwe toekomst inslaan; wonen in een nieuwe waarheid. Dat is het geheim van een gelovig mens te worden. Doorheen Jezus leer ik wie God is: Goedheid, waarheid, schoonheid. Hoe een mens leeft is de openbaring van wie hij is.

- De Openbaring is als een ontmoeting die van een mens een ander mens maakt. Een samengebald moment dat een mens blijvend verandert, om zonder één bewijs te geloven. God openbaart zich altijd onverwacht en nooit gepland. Het overvalt je, het is één en al ontvangen. Onverwachte ontmoetingen, soms zelfs niet geplande stoorzenders, worden plots een openbaringsmoment. Aangestuurd door één moment, en er is geen weg terug. De openbaring zet zich voort doorheen onze ontmoetingen van het nu.

- Openbaringsmomenten zijn momenten waarvan ik kan zeggen: Brandde ons hart niet in ons ? Het is als een hand op de schouder te voelen. Het is mogen zien hoe Gods liefde zich openbaart daar waar mensen zich inzetten voor elkaar, vaak onverwacht. Heel ons leven wordt één ontmoeting met het ondoorgrondelijke mysterie van het bestaan, zoals wij dat vermoeden en ontwaren in een ver en onbereikbaar licht, maar zoals wij dat tegelijk, hier en nu, zien en horen en voelen in de concrete dingen van elke dag, in de concrete medemensen, de minsten en de kleinsten in de eerste plaats.

Openbaring als dieptelagen in mijn bestaan. Openbaring doorheen ontmoetingen, onverwacht en ongepland. Openbaring doorheen een brandend hart en een hand op de schouder. Moge zulke openbaringen verder onze weg bepalen. Ik wens het ieder van jullie uit het diepste van mijn hart toe voor dit nieuwe jaar. Laten we samen nogmaals het refrein zingen van het mooie lied “Moge ons voor waar verschijnen” – nummer 266.

Refrein 266 – “Moge ons voor waar verschijnen”

Inleiding naar de gaven : goud, wierook en mirre


De Wijzen brachten als geschenken goud, wierook en mirre mee. Niet direct nuttige geschenken voor een pasgeboren kind. Gelukkig hadden de herders daar bij Jezus’ geboorte al onmiddellijk voor gezorgd. Maar de geschenken van de Wijzen openbaren ons wel iets over dit pasgeboren kind. Ze openbaren ons iets over zijn roeping en zending. Zo staat het in de oude Boeken:
- goud voor de koning: de man van de actie, die metterdaad zijn volk leidt en behoedt en bevrijdt en groot maakt.
- wierook voor de priester, de man van het gebed die de mensen voorgaat in de eredienst en het offer, hun voorspreker, hun bemiddelaar bij God.
- mirre voor de profeet, voor de zalving, voor de man van de wijsheid die met zijn nooit aflatend woord aan de samenleving haar oorsprong en doel verkondigt en voorhoudt en in herinnering brengt.

Zo kunnen we het ook schenken aan elkaar:
- goud voor elkaar te zijn: elkaar toelaten je eigenwaarde te ontdekken, je kostbaarheid en je rijkdom.
- wierook voor elkaar te zijn: we delen elkaars vreugde mee, we zoeken in elkaar Gods aangezicht en leren in het licht daarvan te leven.
- mirre voor elkaar te zijn, en ons inspannen om elkaars pijn te verzachten, elkaars lijden mee te dragen, elkaars ziekte mee op te vangen.
Zoals de Wijzen toen willen ook wij vandaag Jezus eren met goud, wierook en mirre. Amen.

Offerande
muziek: BWV 65 “Sie werden aus Saba alle kommen” – “1. Coro” – CD134 – track 22
Lied 149 – “Oergebaar”
Groot dankgebed: (S. de Vries – Bij gelegenheid (I) – p264)
Keervers 263 – “Gij verschijnt niet op de wolken”
(Strofe 1)

Verschenen is uw glorie,
gekomen ons heil,
opgelicht
als de Ster in de morgen
die ons spreekt van de dag.
Van kust tot kust
wordt van U verhaald,
zijt Gij aanbeden
als God-met-ons, Immanuel!
(Strofe 2)

In Abraham
zijn wij gezegend
met wie na hem kwamen.
Met alle geslachten
houden wij
uw Naam hoog.
Uit alle volken
brengen ook wij U de eer,
met de wijzen en de koningen
zingen ook wij uw lof,
samen met al wat adem heeft
in hemel en op aarde
(Strofe 3)

Gezegend om de Morgenster
die ons toestraalt:
het Kind, dat
wijzen verwonderde,
de Zoon, die
Vaders toekomst
voor ons uitdroeg,
de Mens, die
enkel liefde in zijn schild voerde,
tot in de nacht
waarin hij werd overgeleverd,

(instellingswoorden)
(Strofe 4)

Drenk met uw Geest
wie wij zijn, wat wij doen,
vernieuw onze harten
én het werk van onze handen
dat wij hier aandragen.
Zo heeft ook uw Zoon
zichzelf aan U gegeven.
Heilig het alles
met uw Adem.
(Strofe 5)

Vernieuw ook
het aanschijn van heel de aarde,
en voed ons tot die dag
met het leven van Christus.
Tot zo lang blijven wij,
verenigd met zo velen,
samen bidden:

Onze Vader
Onze Vader + vredeswens
Communie – muziek BWV 233 – Mass in F-major – CD12 – track 6 – “Cum Sancto Spiritu”
Communielied: 270 - “Vanwaar zijt Gij gekomen”
Gebed

Wees gezegend, God, om woorden van licht, tot ons gekomen door
Jezus’ volgelingen, woordvoerders van uw zorg voor een wereld onderweg.
Wees gezegend, God, om allen die in woord en werk uw licht voor mensen zijn,
die hen bevrijden van somberheid en vervullen van geloof in morgen.
Wees gezegend, God, om wat wij verlicht en bemoedigd mogen vieren: dat gij in de verrezen Heer die hier in woorden en brood van leven aanwezig komt, onze leef- en bondgenoot wilt zijn.
Blijf ons vervullen, God, met het licht van uw menslievendheid waarin we ons voorgoed geborgen mogen weten, door U gezien, aanvaard, bemind en gezegend.

Aankondigingen en zegen

Bronnen

    Archief Filosofenfontein
    Archief Preek van de week
    Zondagse woorden – overwegingen bij de evangelies (Paul Schollaert)
    Emmausgroep Leuven

------