------
 
Welkom
------
Liturgie
------
Vorming
------
Historiek
------
Archief
------
Kalender
------




18 mei 2008 : Drievuldigheidszondag

Harmonie en balans

Lut Saelens

Openingslied

Vandaag is het Drievuldigheidszondag. Wat kan ik, leek in de theologie, over de Heilige Drievuldigheid gaan vertellen? Misschien best maar een ander thema kiezen? Maar dat was buiten de Heilige Geest gerekend. Ik vermoed immers dat Hij het was die mij nieuwsgierig maakte en aanzette om wat meer zicht te krijgen op dit mysterie. Spontaan kwamen de woorden "harmonie en balans" bij me op: ruimte geven aan de belangrijke dimensies van ons bestaan en er een goed evenwicht tussen vinden. Toen ik om meer uitleg vroeg aan Marcel had hij het over de verticaliteit van de vader, de horizontaliteit van de Zoon en de verdieping van de Heilige Geest. Dat gaf me heel wat stof om verder over na te denken.

De leer van de goddelijke drie-eenheid werd in de 4de eeuw tot dogma verheven op het concilie van Chalcedon. Het dogma luidt dat God bestaat uit God de Vader, God de Zoon en God de Heilige Geest en dat deze drie Personen weliswaar zijn te onderscheiden maar niet te scheiden: God is Eén. Blijkbaar gaat het dus om drie niet te scheiden zijnswijzen van eenzelfde Goddelijk handelen.
Op internet vond ik een aantal interessante getuigenissen van Leuvense studenten over wat voor hen de Triniteit betekent. Een paar beweren er ronduit dat ze er weinig kunnen mee aanvangen en dat God al moeilijk genoeg is om te bevatten. Laten we straks luisteren naar enkele van die getuigenissen.

Lied

Lezing

Eerste getuigenis: "De Triniteit zegt voor mij iets over de drie dimensies die je in God kan terugvinden, al is het woord dimensies misschien niet sterk genoeg. Maar elke beschrijving van de Triniteit schiet tekort, God blijft altijd onuitlegbaar, dat wil echter niet zeggen datje Hem niet kan ervaren. De Vader is voor mij langs de ene kant de verre, zelfs wat strenge God, maar langs de andere kant ook iemand die echt `vader' is. Het is ook de Vader van het “Onze Vader” en het is aan de Vader dat ik me probeer over te geven als ik bid: “uw wil geschiede”. Bij de Zoon denk ik vooral aan “de mens zoals wij”. Hij is het die meegemaakt heeft wat wij meegemaakt hebben en die naast ons staat. Het is de God aan wie je een geheim vertelt, maar het is ook degene die je troost en zegt: “steun maar op mij”. De Zoon is voor mij God als tochtgenoot en vriend. Tochtgenoot op weg naar de Vader... De Geest is de meest raadselachtige van de drie vind ik, maar misschien ook wel de `sterkste' of de meest `voelbare'. De Geest waait waar Hij wil. De Geest brengt mensen aan het lachen, zingen, bidden, danken, loven. De Geest kan kracht geven, kan je vooruitdrijven en helpen. Het is de Geest die zich aan ons laat voelen, het is Gods Geest die op aarde de mensen `begeestert'. Het is misschien wel de Geest die me dit doet schrijven. In elk geval kunnen deze drie niet los van elkaar volgens mij, ze zijn door en door met elkaar verweven, maar ook elk uniek, daarom noemen ze het een mysterie denk ik... "

Tweede getuigenis: "Triniteit is voor mij een ingewikkeld filosofisch systeem, dat een grote waarde kan hebben, op voorwaarde dat het in de oorspronkelijke hellenistische context verstaan wordt. In de Vader herken ik de transcendentie van een God die altijd de Andere zal blijven, die altijd `tegenover' de mens staat. In de Zoon zie ik daarentegen dat het menselijke niet vreemd is aan God, maar zelfs in God opgenomen wordt. Is er een grotere appreciatie van de menselijke bestaansconditie denkbaar? En de Geest als een alomvattende liefdesrelatie, leert ons dan weer iets over wat die God eigenlijk is, ook al is elke poging om God te `vangen' gedoemd om te mislukken.

Derde getuigenis: “Naar mijn aanvoelen is het handelen enkel voor de personen binnen de Triniteit onderscheiden maar naar buiten toe ongescheiden. Zo blijft het een geloofsmysterie en kan men enkel spreken over `het handelen van God'. Zowel de Vader, de Zoon en de Geest verhouden zich tot éénzelfde natuur. Ze vormen samen de kracht die uitgaat van het kruis, de kracht die ieder wezen begeestert en bezielt:
God als vader, als iemand boven mij.
God als zoon, als iemand naast mij.
God als geest, als iemand binnenin mij."

Gebed:

Sterk ons geloof in u God, die het begin zijt van ons leven en het einde.
Die ons het vertrouwen geeft dat we onze weg wel vinden,
die ons draagt over elke afgrond,
doe ons geloven dat na de dood weer leven komt,
zo waar als zonnebloemen opgroeien uit hun pitjes.

Sterk ons geloof in u, Jezus Christus, die ons leerde wat leven is:
recht doen opdat vrede onder ons kan wonen,
opkomen voor wie het minder hebben,
doen wat moet gedaan,
aankijken wie door niemand aangekeken worden,
zo waar als het licht van de zon elke nieuwe morgen.

Sterk ons geloof in u, heilige Geest, Gods levensadem
die ons aanvuurt tot liefde voor wat het leven de moeite waard maakt:
vriendschap, zachtmoedigheid, humor, troost, enthousiasme,
barmhartigheid, wijsheid en een groot hart.
Die ons optilt en neerzet op Gods weg van waarheid en leven,
zo waar als de wind zaad zaait voor een toekomst vol belofte.

Evangelie: Johannes 14, 25-31

Het mysterie van de Drievuldigheid verwijst naar het leven in al zijn rijkdom en betekenis, in zijn volle voltooiing, in een volmaakte harmonie en balans zoals die alleen bij God ten volle aanwezig is. Als afspiegeling van het goddelijke worden wij uitgenodigd om dit in ons leven ook meer en meer waar te maken. Als mensen hebben we meer moeite met het vinden van deze volmaakte harmonie, dit volmaakte evenwicht. We voelen ons steeds geslingerd tussen de dualiteit van het aardse, het stoffelijke en het transcendente, het "andere" datgene wat ons overstijgt.
Nu komt het ene wat meer op de voorgrond dan weer het andere. Willen we echt mens worden dan dienen we de dialoog aan te gaan tussen de twee, de verbinding te maken: Gods aanwezigheid te voelen in ons in de wereld zijn, onze contacten met anderen, met onszelf en met de ganse schepping. De dialoog aangaan met De Gans Andere en het gans andere haalt ons uit onze comfortzone en is vaak beangstigend.
We moeten hierbij onze gewone referentiepunten loslaten en ons op minder vertrouwd terrein begeven. We houden het liever bij onze eigen gewoonten, houden liever vast aan onze vetrouwde overtuigingen en gaan liever om met de mensen met wie we op dezelfde golflengte zitten. Het andere schrikt ons af, imiteert ons of is te confronterend.
Onlangs zag ik op tv een programma over ex-gevangen, die het bijzonder moeilijk hebben bij hun vrijlating onder andere omwille van het wantrouwen van potentiële werkgevers. Zich opnieuw integreren in de maatschappij is verre van evident, te meer omdat ze hierbij soms geen begeleiding krijgen. Een van de ex-gevangenen vertelde hoe een vrouw haar ganse vriendenkring had opgeroepen om hem te ondersteunen bij zijn vrijlating: alleen zou ze het niet aangekund hebben, maar met de hulp van een aantal van haar vrienden was het haalbaar. De vrouw in kwestie was aanwezig in het programma en uit haar verhaal was het duidelijk dat zij en haar vrienden zoveel rijker waren geworden door het contact met iemand die anders was dan zijzelf en hoe zij doorheen dat contact meer verbinding hadden met zichzelf en met elkaar. Ik vond dit echt een lichtpunt in een wereld waar mensen de dialoog met wie anders is meer en meer lijken uit de weg te gaan.

Ook onze verbinding met God, de gans Andere is een continue uitdaging. Vaak zien we God als stoorzender of als luis in de pels. We geven er de voorkeur aan onze eigen boontjes alleen te doppen. Het begon reeds bij Adam en Eva: vanuit hun mens-zijn zijn ze de dialoog met God uit de weg gegaan: misschien hadden ze aan God kunnen vragen waarom ze niet van die vruchten mochten eten. Het gesprek zou hun zeker informatie gegeven hebben om misschien een aantal andere opties te zien en een wijzere keuze te maken. Maar ze hebben hem niets gevraagd en achter zijn rug toch hun zin gedaan. Misschien is het juist het niet aangaan van de dialoog met God die hen verdreven heeft uit het paradijs, meer nog dan het niet volgen van zijn wil.

Komen tot evenwicht en harmonie tussen onze verbinding met het aardse en onze verbinding met God is mijn inziens de vrucht van een levenslange evolutie, van steeds verdere verdieping, van meer en meer echt mens te worden, zoals Christus ons dit heeft voorgedaan: vol liefde in de wereld zijn maar niet van de wereld zijn. Hiervoor hebben we de kracht nodig, de inspiratie en vooral de alles verbindende liefde van de H. Geest.
De Taoïstische versie van de zesde dag van de schepping luidt: tussen de Tau van de hemel en de Tau van de aarde is een nieuwe brug ontstaan: de Tau van de mensheid, een methode om in harmonie te leven met beiden. De Christelijke versie luidt: "Op de zesde dag schiep God de mens naar zijn evenbeeld". Het werk van de hemel wordt sindsdien door bewuste wezens op aarde gedaan.
Thomas Merton schrijft over deze balans tussen de twee: "Tijdens recollecties of bezinning kom ik tot mezelf door twee aspecten of activiteiten van mijn wezen op elkaar af te stemmen alsof het twee lenzen zijn van een telescoop. De ene lens staat in principe voor mijn spirituele wezen, de naar binnen gerichte ziel, het diepe verlangen. De andere lens staat voor mijn naar buiten gerichte ziel, de toewijding aan het actieve leven". Het ganse leven van Christus was een voorbeeld van verbondenheid met de Vader, doorheen zijn engagement in deze wereld. Na zijn ten-hemel-opnemening komt de Heilige Geest ons de kracht geven om hem hierin na te volgen. Verbondenheid met God in onze verbondenheid met onze medemens en met alles wat leeft: de twee zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Het raakpunt tussen beiden noemden de klassieke Chinezen Tau, de Weg, de diepe innerlijke wet van het zijn. Dit was ook wat Christus zegde: "Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven" Indien we dit evenwicht vinden, die eenheid met het centrum vinden we vrede. Indien we tot deze verdieping komen zijn er geen categorieën meer, geen verschil tussen begin en einde, tussen leven en dood, tussen licht en duisternis, tussen zichtbaar en onzichtbaar en vinden we volmaakte vrede en vrijheid, zoals Christus ons dit heeft voorgeleefd.

Canon: 144
Lied
Slotgebed

------