------
 
Welkom
------
Liturgie
------
Vorming
------
Historiek
------
Archief
------
Kalender
------




29 oktober 2006: 30 ° zondag

Een kerk in transformatie

Marcel Braekers

Openingslied 27: "Wees hier aanwezig God"

Inleiding

Een belangrijke vraag was en blijft of godsdienst boven de samenleving en boven de cultuur staat of er een onderdeel van is. Een Zuid-Amerikaanse kardinaal zei het ooit krachtig: ‘de fout van de bevrijdingstheologie is dat ze meent dat het geloof een antwoord moet geven op de concrete noden van zijn tijd. Het geloof is echter een boventijdelijk, onaanraakbaar gegeven.’ Zo gezien moeten we alleen maar in elke tijd en voor elke generatie herhalen wat ooit werd geopenbaard en als een coherent systeem werd vastgelegd. Een heel andere visie is deze die zegt dat de Openbaring altijd voort gaat en Gods heilsaanbod altijd opnieuw dient begrepen te worden vanuit de uitdagingen van een nieuwe tijd. Het is ook de visie die hier in onze kerkplaats functioneert. Concreet betekent dit dat, willen wij aansluiten bij de grondige transformatie die zich vandaag in onze samenleving voltrekt, ook wij hier op Filosofenfontein steeds weer aan herbronning moeten doen. Alles wat hier doorheen de jaren spontaan is gegroeid moet daarom opnieuw beoordeeld en aangepast worden, niet één keer maar als een onophoudelijk proces. Ik denk dan vooral aan onze zondagsviering, het avondprogramma met zijn vele toegangswegen naar spiritualiteit, het leven in en rond het huis met zijn verschillende ruimtes van living, vergaderzaal, babysit, de tuin. Reeds vele jaren waren we met die vragen bezig, maar alles raakte daarbij in een stroomversnelling bij het vertrek van Mark Butaye. Meer dan ooit gingen we beseffen hoe de liturgie en ook de rest van het huis moet gedragen worden door een ruimere groep. Ook de deelnemers aan de zondagsviering evolueerden en hadden soms andere vragen en verwachtingen dan men twintig jaar geleden had. Vandaar het initiatief om ons met een groep aan het werk te zetten. 

Neem vb. deze ruimte waarin wij samen komen en eucharistie vieren. In welke mate beantwoordt de structuur, de aankleding, de verlichting, de stoelen, de zangbundel, de inkom aan wat vanuit nieuwe gevoeligheden groeide als belangrijk. Enkele jaren geleden lieten we een nieuwe paaskandelaar maken, die nu als een sober symbool tegen de achterwand staat en met zijn drie armen zoals de drie vensters in een Romaanse kerk naar de aanwezigheid van de heilige Drievuldigheid. We hebben enige tijd geleden de schikking veranderd, de communie wordt niet meer door de priester en voorganger uitgedeeld, maar we geven die aan elkaar, enz. Het waren kleine aanzetten om aan een diepere verandering vorm te geven.

In elke tijd groeien nieuwe gevoeligheden, ontstaan spontaan nieuwe symbolen, zoeken we daarbij naar een nieuwe taal om aan ons evoluerend geloof gestalte te geven. Dat alles werden we ons scherp bewust toen we vorig jaar met de werkgroep liturgie nadachten over het thema symboliek. We lazen samen een theoretische tekst van Louis Dupré en we gingen op bezoek in Brugge waar een creatieve groep Iot-B zich de herinrichting van de Magdalena-kerk had aangetrokken. Dit bezoek en de contacten die Kris Gelaude met de organisatrice van die groep had bracht alles in een stroomversnelling. Met een aantal mensen van de werkgroep liturgie en vertegenwoordigers van de verschillende groepen in ons project FF gingen we een gesprek aan met deze mensen. We kwamen een aantal keren samen om via hun begeleiding aan een creatief denkproces te beginnen. Intussen laat de groep zich begeleiden door de kundige leiding van Lut Saelens en gaan onze gesprekken onder elkaar verder. Omdat we dit proces samen met jullie willen doormaken vonden wij het nuttig deze zondag als een informatiedag te zien.

Gebed

Gij, die
De morgen ontboodt
En het licht hebt geroepen,

Gij, ondoofbaar vuur,
Als een zon
Over ons opgegeaan –

Vat ons samen
In uw stralen,
En laat ons gedijen in uw ogen.

Gij, die
De weerstand van de nacht
Wilt breken
En onze toekomst
Afdwingt aan het donker,

Gij,
Zegen ook ons
Met uw licht.                     (S. de Vries)                                                                                                                    

Inleiding op de lezing

Zo dadelijk horen we een lezing uit het boek van de Openbaring. Johannes ziet in een visioen hoe het nieuwe Jeruzalem er zal uitzien. De beschrijving zou je zo kunnen toepassen op deze kleine plek van FF. Hoe kan deze iets meer op die gedroomde stad van Johannes lijken?

Lezing: Uit het boek van de Openbaring (21,21 – 22,5)

Lied 521: “In ’t laatste van de dagen zal het zijn”

Homilie

Wat Johannes zag vind ik zo fantastisch en actueel. In zijn droomstad staat geen tempel meer, geen afzonderlijke plaats waar het heilige vastligt, neen, God zelf woont in de stad waardoor alles geheiligd wordt. Het onderscheid sacraal - profaan is met andere woorden opgeheven. De poorten zullen niet gesloten worden, want de nieuwe stad wil een open plek zijn waar mensen van allerlei gezindte en achtergrond welkom zijn. In het centrum van de stad staat een grote boom, de levensboom als verbindingssymbool tussen hemel en aarde en als bescherming voor ieder die wil schuilen.

Hoe kan ik dat alles vertalen naar deze plek waar we zoeken naar verkwikking en herbronning? Toen we met onze werkgroep gingen samen zitten wisten we wel waaraan we begonnen, maar niet waar we zullen eindigen. Met enkele begeleiders moesten we in een eerste moment durven loskomen. Vragen als: wat zou je wensen als je eens ongeremd en onrealistisch over deze plaats begint te dromen? En: waarvoor zou je bang zijn? Wat leert ons dit als we al die dromen samen leggen?

Uit die eerste fase trachtten we toen al te achterhalen wat we dus belangrijk vinden: voor welke waarden willen we staan? Wat willen we zelf beleven en doorgeven aan een volgende generatie? En vervolgens: hoe vertaal je die visie in teksten, hoe geef je ze vorm?

Luister naar wat uiteindelijk onze basistekst is geworden, die voortaan als een handleiding onze verdere gesprekken zal begeleiden.                    

Een visie op Filosofenfontein

Filosofenfontein is een dominicaans geïnspireerde, open gastvrije gemeenschap
van zoekende mensen.
Een rustpunt, waar het leven geheeld en geheiligd wordt
Zodat wie er zich thuis voelt of even voorbijkomt
Er hoop, kracht en inspiratie kan vinden.
Vanuit de Bijbelse traditie,
De bewogenheid om het lot van e aarde,
De mystiek en een spiritualiteit die groei van onderuit
Vieren we op een eigentijdse wijze liturgie.
Naast de liturgie ontwikkelen we vanuit dezelfde inspiratie
En met een eigen dynamiek een aantal activiteiten.
Aandacht voor de totale mens,
Participatie van jong en oud,
Onderlinge verbondenheid,
Uitnodiging tot persoonlijk en maatschappelijk engagement,
Verbondenheid met andere gemeenschappen,
Aandacht voor het esthetische
En liefde voor de natuur
Zijn de dragende waarden in alles wat we samen doen.
Dit alles proberen we op een authentieke manier gestalte te geven.

Straks wordt u een krantje aangeboden waarop deze tekst staat, met daarbij een korte beschrijving van het traject dat we reeds hebben afgelegd en de namen van degenen die in deze groep zitten. Na deze viering bieden wij u ook een drankje en een hapje aan en is er gelegenheid om wat langer te praten en mee te denken met wat stilaan op gang is gekomen.

In de laatste vergadering hebben we ons voorgenomen om deze visietekst te vertalen naar twee concrete punten: de inrichting van de kapel en de vernieuwing van de zangbundel.

Neem deze laatste. We weten allemaal hoe belangrijk zingen is. De oude spreuk blijft waar: ‘qui bene cantat, bis orat’. Goed zingen is twee keer bidden, want de woorden waarin je je geloof uitzingt dragen je overtuiging. Daarbij is de muzikale textuur belangrijk in de wijze waarop je die overtuiging beleeft, en tenslotte zing je samen en hopelijk uit volle borst. Je deelt dus met hart, verstand en lichaam samen wat je uiteindelijk draagt en voortstuwt. Dat alles kun je beleven op een boventijdelijke, onaantastbare en esthetisch mooie manier door vb. gregoriaans te zingen. Neem je echter aan dat we ons geloof beleven vanuit de uitdagingen van de tijd, als zoekende mensen en ‘vanuit een spiritualiteit die groeit van onderuit’ (cfr. visietekst) dan ondergaat ook ons zingen aanhoudend deze verandering. Niet alleen zijn de kaften uit elkaar aan het vallen, sommige liederen zijn onzingbaar geworden, nieuwe, prachtige composities nodigen uit om ze zich eigen te maken. Denk maar aan het lied 521 dat we net zongen: ‘In ’t laatste van de dagen zal het zijn’. Enkele weken geleden besprak ik in deze viering het lied ‘Uit staat en stand en wijsheid losgewoeld’ en hoe daarin de typische gelovig-mystieke visie herkenbaar is van waaruit Oosterhuis teksten schrijft. Wat we zingen keert op een onbewuste manier terug naar onszelf en geeft gestalte aan ons geloof.

Hetzelfde kan gezegd worden over de vorm, de aankleding, de symbolische gestalte van deze ruimte. Deze plaats als een open plek, waar iedereen altijd welkom is: hoe kunnen we die (re)organiseren? Aan welke spiritualiteit willen we vorm geven in ons avondprogramma? Enz. De bedoeling bij dit alles is: hoe kunnen we die utopie waarvan Johannes droomde dichterbij halen? Hoe kan dat nieuwe, hemelse Jeruzalem, die niet-plaats of droom van samenkomst rond het of de Onnoembare, hier en nu gestalte krijgen?

Tijdens dankgebed: 631: “Gij die voor alle mensen”

Na de communie: 657: “Gij peilt mijn hart, Gij doorgrondt mij”

------